‘organicas materias artificio quodam composuisse testantur.’ Men had dus bewerktuigde stoffen behooren te schrijven, gelijk ook werkelijk de meening is. Op bl. 25 is, onder No. 9, multiplex organon door ‘een zeer verschillend gewijzigd werktuig’ vertaald, 't geen meer in den zin van het oorspronkelijke door ‘een' zamengestelden toestel’ zou zijn overgebragt. Op bl. 39 en 40 vindt men de declamatie van plinius over den mensch, die in 't Latijn door elk, die dezen Schrijver kent, wel zonder aanwijzing zal worden te huis gebragt, maar hier voor eenvoudige leerlingen aan eene clinische school in een wetenschappelijk boek al vrij zonderling klinken moet. Op bl. 45 is in de aanteekening sculptor door teekenaar in plaats van door graveur vertaald, waardoor de zin duister wordt, daar er iets eer aan den teekenaar dan aan camper wordt toegeschreven (elk toch weet, dat camper zelf de teekenaar der bij zijne Verhandeling gevoegde platen was.) Op bl. 48 is Palaeotherius voor Palaeotherium gesteld; de Vertaler las in het oorspronkelijke den genitivus Palaeotherii en wist nu misschien niet, of hij met een um dan met een us te doen had. Slotheim, op bl. 49, moet schlosheim en wurzer, bl. 165, wutzer wezen (de laatste misstelling is evenwel ook in het oorspronkelijke). Doch wij mogen onze lezers niet verder met dergelijke aanmerkingen vermoeijen. Wanneer een tweede druk noodig zal zijn, mogen wij verwachten, dat de Hooggeleerde Schrijver van het oorspronkelijk werk dezelve behoorlijk nazien, met de latere ontdekkingen verrijken, en vooral, voor het bij de vertaling beoogde doel,
wijzigen en omwerken zal.