Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1831
(1831)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 211]
| |
Roman, uit het Fransch van den Heer moke te Brussel, zijn wij, blijkens het voorberigt, aan den Heer Mr. p.g.q. sprenger van eyk verschuldigd. Den woelzieken geest der Vlamingen, waardoor zij zelfs, eerst wegens eenige, grootendeels in hunne verbeelding bestaande, grieven tegen hunnen volklievenden Graaf guy, en naderhand wegens twisten tusschen het gilde der lakenwevers en dat der slagters te Brugge, hun vaderland aan de Franschen in handen speelden, om het straks daarna hun met geweld weder te ontrukken; dezen geest, in onze dagen nog geenszins uitgestorven, vindt men hier met historische waarheid geschilderd. Tevens moet men zekere ridderlijke edelmoedigheid, en eene wel eens blinde, maar echter altijd vurige vaderlandsliefde, in de Vlamingen van dien tijd, (de laatste helft der 13de en het begin der 14de eeuw) onwillekeurig bewonderen. Maar, behalve het verstandig en dapper opperhoofd der Brugsche lakenwevers pieter de koning, en den meer roekeloos dapperen aanvoerder der Brugsche slagters jan breydel, onderscheiden zich op eene gunstige wijze de edele Graaf guy en zijne brave zonen, de driftige robbert en de schrandere willem; vooral echter zijne verhevene en teêrgevoelige dochter philippine, de heldin der geschiedenis, en haar minnaar, de grootmoedige guidon de malegrève, die eindelijk zamen nog trouwen. Tegen dezen staan over de ruwe barfleur, de meer zwakke dan boosaardige philips de schoone, Koning van Frankrijk, zijne wraakgierige gemalin jeanne van navarre, en guidon's jaloersche medeminnaar willem van gulik, om van andere min opmerkenswaardige personen, waarvan echter jan van renesse wel mag genoemd worden, te zwijgen. De Schrijver heeft zeer gelukkig in de manier van walter scott gewerkt; hij volgt hem ook in het breedvoerig en, in die tafereelen van den ouden tijd, niet onleerzaam beschrijven der kostumen en stoffering. De Corrector had wel wat scherper mogen toezien. De vertaling is doorgaans gelukkig. Wij wenschen dit werk vele lezers en koopers, ook omdat het voor de geschiedenis van ons vaderland, waartoe weleer en nu nog kort geleden Vlaanderen mede behoorde, niet onbelangrijk is, en de waarheid het beste welkom is bij de meesten, wanneer zij zich met den dos der verdichting omsluijert en verfraait. |
|