modera, om toe te geven aan het aanzoek, zoo van zijne vrienden, als van den uitgever der aangekondigde Reis, door zijne opmerkingen en aanteekeningen, in den vorm eener reisbeschrijving, openbaar te maken. Immers er was te veel ter plaatsing in het eene of andere Tijdschrift, en de stijl was te goed, de inhoud te belangrijk, de reeks van waarnemingen te juist en volledig, om dat alles slechts tot voorlezing aan vertrouwde vrienden te bewaren. Wij ontvangen hier eene wezenlijke Ontdekkingsreis van een deel der Zuidwestkust van Nieuw-Guinéa; wijders het berigt van de vestiging eener Nederlandsche Volkplanting aldaar, aangevangen met de stichting van het Fort Dubus en de inbezitneming van de Westkust van Nieuw-Guinéa en de landen binnen dezelve gelegen, beginnende van den 141sten graad lengte beoosten Greenwich, op de Zuidkust, en van daar W.N.W. en westwaarts op, tot de Kaap de Goede Hoop, op de Noordkust (namelijk van Nieuw-Guinéa) gelegen; en voorts ontmoeten wij hier belangrijke bijdragen tot menschen- en volkenkennis, taal-, natuur- en zeevaartkunde.
Hetgeen Recensent bij de lezing van dit boek inzonderheid behaagde, was des Schrijvers nederigheid, eenvoudigheid, waarheidsliefde, naauwkeurigheid, en overal doorstralende kunde in zijn vak, met de daarbij behoorende hulpwetenschappen; door al hetwelk (en dit is de hoofdverdienste eener reisbeschrijving) deszelfs verhaal eene innerlijke geloofwaardigheid verkrijgt, die niet toelaat aan de juistheid der opgaven te twijfelen. Wij zeiden reeds daarboven, dat de stijl goed was, en dat is zoo: bevalligheid, sierlijkheid, welsprekende beschrijving van natuurtooneelen of verschijnselen zal men echter hier vruchteloos zoeken. Maar het was ook nimmer het doel van den geachten Schrijver, in het gebied der Letterkunde te schitteren. Bovendien geraakt men, bij het lezen van zulke fraaije reisbeschrijvingen, steeds in twijfel, of de prozaïsche waarheid niet een weinig is opgesierd. Zij mogen dus, als modellen van schrijfstijl, welkom zijn in de boekerijen der geletterden; voor uitbreiding van wetenschappelijke kennis zijn ze minder geschikt. Eene reis door Zwitserland, Italië, of elk ander van elders reeds in de bijzonderheden bekend land, wenscht Recensent dus voortaan liefst met alle mogelijke bevalligheid, verhevenheid en wegslepende welsprekendheid beschreven: want zulk eene reis leest hij meer om den stijl, dan om de zaken.