wijze, zeden en denkwijze van zijne tijd- en landgenooten, de
Italianen in de veertiende eeuw. Maar van dit alles vinden wij hij deze vertaling niets. Ook zijn hier de Verhalen alleen vertaald, en de Inleidingen, die door den Schrijver voor dezelve geplaatst waren, om het doel zijner vertelling aan te toonen, meestal weggelaten, of door andere vervangen, die niet altijd het gemis der oorspronkelijken vergoeden. Zoo misten wij hier met spijt, uit den aanvang der Giornata prima, de beschrijving der pest te Florence in het jaar 1348, van welke boccaccio zelf ooggetuige was; eene beschrijving, welke, zoo wel wat de schoonheid van den stijl, als wat derzelver geschiedkundige waarde betreft, een der kostbaarste stukken is uit de Italiaansche letterkunde. Deze beschrijving had, even gelijk bij boccaccio zelv', zeer gevoegelijk als inleiding tot het geheele werk kunnen geplaatst worden. De novella van Ciappelletto da Prato wordt in het oorspronkelijke voorafgegaan door eene, hier achterwege gelatene, inleiding, die eene bijtende satire is op het inroepen van de voorspraak der Heiligen; eene satire, te merkwaardiger om den tijd, waarin zij geschreven is. De poging, om, in het vierde Verhaal van het eerste Deel, de uitdrukking: avendo forse riguardo al grave peso, enz. door eene andere meer kiesche te vervangen, doet de aardigheid der vertelling, van welken aard die dan ook moge zijn, verloren gaan. In zoo ver beperken wij dus onze goedkeuring der keuze van de geplaatste Verhalen, dat wij voor deze vertelling liever eene andere uit den aanwezigen voorraad hadden gewenscht. Over het algemeen hebben wij de vertaling getrouw bevonden. Tot een blijk, dat wij hier en daar de vertaling met het oorspronkelijke hebben vergeleken, willen wij over eene enkele plaats, die onze aandacht tot zich trok, eene aanmerking maken. - Iste Deeltje, bladz. 98, lezen wij: ‘Gij hebt ook de gewoonte, om ieder
jaar iets te geven aan die genen, welke in deze onze orde zijn ingewijd.’ Het oorspronkelijke heeft: ed oltr'a cïò solete pagare, e spezialmente quegli, che alla nostra compagnia scritti sono, quel poco debito, che; d.i. ‘en daarenboven zijt gij, en in het bijzonder zij, die in onze broederschap zijn ingeschreven, gewoon, om die kleine bijdrage, of schatting, te betalen, welke,’ enz. Compagnia is hier niet monnikenorde, maar eene maatschappelijke vereeniging van wereldsche personen