Parabels van Dr. C.S. Günsburg. Naar het Hoogduitsch, door H. Maronier. Met eene Voorrede van den Weleerw. F. van Teutem, Christenleeraar te Utrecht. Te Rotterdam, bij Contze en Overbroek. 1828. In kl. 8vo. XVI en 279 Bl. f 2-40.
Ter ruime aanbeveling dezer Parabels aan het beschaafde Publiek kunnen wij met weinige woorden volstaan. Uit onze vaderlandsche Tijdschriften kent men reeds genoegzaam de Parabels van krummacher. Op denzelfden eenvoudigen en meestal Bijbelschen trant zijn ook de Parabels van günsburg vervaardigd. Een Recensent in het Morgenblatt für gebildete Stände, No. 26, 1827, heeft zich over de geheele verzameling, in drie deeltjes, zeer gunstig verklaard; en wij vinden geene reden, om anders te oordeelen over deze bloemlezing, welke daarenboven in den geleerden van teutem, ook bij zijn gunstig oordeel over de vertaling en keuze van zijnen bloedverwant maronier, eenen bevoegden regter heeft gevonden.
Als Aanhangsel vindt men hier nog eenige Parabels van herder, die, hoewel elders reeds voorkomende, het ingeruimde plaatsje in deze verzameling dubbel verdienen.
Verdere aanprijzing heeft dit boekje niet noodig.