Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1828
(1828)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
Jezus Lijden, door Katharina Wilhelmina Bilderdijk. Te Leyden, bij de Wed. D. du Saar. 1828. In gr. 8vo. 59 Bl. f :60.
| |
[pagina 452]
| |
Zoo biddend waakzaam als 't behoort;
Of voor den God door hem beleden,
Steeds vaardig in den strijd te treden,
Gewapend met zijn heilig woord.
Is dit nu poëzij, der Vertaalster van southey's Rodrigo waardig? Neen! het zijn oefeningverzen ten behoeve van de nieuwe gemeente der regtgeloovigen, door bilderdijk en da costa opgeregt. Deze goede orthodoxe zielen hebben nu een Leerdicht, dat zij, zonder gevaar van iets, dat naar den mutsaard riekt, te zullen vinden, kunnen lezen; en de Apostel da costa heeft, ten koste van zijnen vroeger verkregen dichterroem, gezorgd, dat zij ook Liedjes liebben, om te zingen. Waarlijk, als men deze Feestzangen leest, dan wrijft men zijne oogen, om den slaap weg te jagen; want men verbeeldt zich te droomen en ten minste honderd jaren achterwaarts verplaatst te zijn. De bijna uitgestorvene tale Canaäns heeft in da costa's mond al haren rijkdom, al hare kracht teruggekregen. Jammer slechts, dat velen dezelve zijn afgeleerd, en de meeste schoonheden, zonder het hinderlijk opslaan der bijgevoegde Bijbelplaatsen, niet verstaan zullen; b.v. Maar die God wil ook vergeven!
Levenwekker! keer! o keer!
Wil op nieuw de lucht doorzweven,
En de vijgeboom wordt teêr.Ga naar voetnoot(*)
Noordenwind! o wil ontwaken!
Zuidenwind! doorwaai den hof!Ga naar voetnoot(†)
Heilge Geest! U zij de lof!
Het toppunt, eindelijk, van mystischen onzin, helaas in vloeijende verzen gebragt, vinden wij in den slotzang, die gezongen moet worden op de wijze van Psalm XXXVI. en tot motto heeft Openb. I: 4: Den zeven geesten voor den troon
Zij, met den Vader en den Zoon,
Aanbidding, lof en eere!
Het zeven Geestental is Één,
Oneindig in verscheidenheên,
Maar steeds één Geest, één Heere!
Bij donderslag en stemgeluid
Schiet hij in zeven stralen uitGa naar voetnoot(‡)
Op de allerhande scharen!
Van Hem is 't vloeibre olijvengoud,
Dat d'eeuwgen lichtglans onderhoudt
Der zeven kandelaren!Ga naar voetnoot(§)
Dat heet de leer der Zoroastrische Troongeesten of Amschaspands eens regt helder met het Christendom verbroederen! - Da costa! da costa! De groote geleerdheid bragt u tot razernij, en de dweepzucht maakte u van eenen waarlijk grooten Dichter tot eenen rijmenden Oefeninghouder. Sela! |
|