Redevoering over den echten Godgeleerde, een Uitlegger der Heilige Schriften, enz. door Abr. des Amorie van der Hoeven. Uit het Latijn vertaald door C.W. Westerbaen. Te Delft, bij de Wed. J. Allart. 1828. In gr. 8vo. 62 Bl. f :-80.
Wij laten deze vertaling, bij ons verslag, onmiddellijk volgen. Buiten twijfel heeft Ds. westerbaen, met derzelver moeijelijke, doch waarlijk uitnemende bewerking, velen dienst gedaan. Men moge al duidelijk kunnen gevoelen, dat hier een andere stijl en trant heerscht, dan men in Hollandsche opstellen gewoon is; anders zou het Latijn geen Latijn, of de vertaling slechts eene vrije navolging moeten geweest zijn. Wij zullen er niet meer van zeggen; schoon jonge lieden er ligt niet kwaad aan deden, oorspronkelijk en kopij zorgvuldig te vergelijken, ten einde westerbaen de kunst af te zien, om zich immer op eene beschaafde, waardige en tevens Hollandsche wijze uit te drukken. Het beste, dat wij er voorts op zien, om het stuk aan te prijzen, is eene en andere aanhaling, die wij toch bij het Latijnsche min voegzaam konden te pas brengen:
‘Vooreerst dan schijnen wij van een ieder, die den post van Uitlegger loffelijk wil waarnemen, met billijk regt te kunnen vorderen, dat hij zich niet aan de woorden alleen hechte, maar in den geest en het doel des Schrijvers doordringe. Niet zonder reden, voorwaar, dringen wij hierop aan. Wie toch weet niet, dat er zeer vele Uitleggers zijn, die zich wonder wel van hunnen pligt meenen gekweten te hebben, wanneer zij de beteekenissen der woorden en spreekwijzen hebben opgegeven, zonder zich schier over den waren zin der plaats eenigermate te bekommeren. Wilt slechts, bid ik u, hunne uitlegkundige geschriften openslaan, gij zult ze opgevuld vinden met ontelbare plaatsen uit Grieksche en Latijnsche Schrijvers, waardoor al de bijzondere woorden worden opgehelderd, doch welke tot het vinden van derzelver waren zin volstrekt niets bijdragen. Dit moet Verklaren heeten! Goede hemel! Hoe veel licht is er door dezen vloed van woorden over de moeijelijke plaats verspreid, uit welke gij u wenscht gered te zien! Wanneer gij deze zwaarlijvige boeken uit uwe handen zult nedergelegd hebben, zult gij met