De magt des Gezangs, Cantate, gecomponeerd door A. Romberg. De oorspronkelijke Hoogduitsche tekst van F. von Schiller in het Nederduitsch gevolgd door J.W.Ij. Te Amsterdam, bij G. Portielje. 1826. In gr. 8vo. f :-10.
Wij ontvangen hier het bekende heerlijke Dichtstukje van schiller in eene sierlijke en getrouwe navolging, en tevens geördend voor eene Cantate. Hoe hetzelve als muzijkstuk bevallen hebbe, weten wij niet, en dit ligt ook geheel buiten den kring des tegenwoordigen Recensents; doch dit weten wij, dat het Nederlandsch de meeste schoonheden van het oorspronkelijke wedergeeft. Alleen heeft de heerlijke schildering:
Wie mit dem Stab des Götterboten
Beherrscht er das bewegte Herz, u.s.w.
veel verloren, dewijl de navolging hier, om des rijms wille, het meervoud gaf, in plaats van het enkelvoud:
Hoe heerscht hij, als de Hemelboden,
Op 't kloppend hart met zijnen staf!
want daardoor is de treffende toespeling op Merourius, of Hermes, onduidelijk geworden, of liever geheel vernietigd. Eene dergelijke aanmerking hebben wij nog op den eersten regel van het laatste couplet:
Und wie nach hoffnungslosen sehnen,