Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1823
(1823)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 254]
| |
Hulde aan de nagedachtenis van den hoogberoemden heere Jan Hendrik van Swinden,
| |
[pagina 255]
| |
U, die en gade en kroost hier treurende achterliet,
Mishaagt ook 't lijkgezang eens oudsten leerlings niet.
Van swinden! ach! het beeld, van u ons bijgebleven;
De naam, die eeuwen lang op 's naneefs tong zal zweven;
De schriften, tuigend' van uw' welverdienden lof,
Zijn voedsel voor mijn' rouw; 't geeft all' tot klagen stof.
In 't eind, de tranenvloed, die welt en af komt leken.
Verruimt mij de enge borst, en leert den weemoed spreken.
Hoe ras vervloog mijn jeugd, die luistrend voor u stond,
En, deelende in uw gunst, elk woord ving uit uw' mond!
Hoe snel verdween de glans, die heerlijk op kwam lichten,
Toen zich Europa door uw' arbeid zag verpligten,
Toen Frankrijk Neêrlands roem erkende in 't eerbewijs,
Aan uw verdienste en vlijt geheiligd door Parijs!
Maar eeuwig straalt de deugd, die kampt met tegenheden.
Van swinden! 't vaderhart, door zieleleed bestreden,
Blijft kalm, en manlijk, en gelaten in zijn lot;
Het stijgt in waren moed, die nederbuigt voor God.
Wie ooit den eernaam droeg van wijsgeer en van Christen,
Geen laster zal in 't graf deez' titel u betwisten:
Uw vroomheid, en 't gevoel, dat in uw borst mogt slaan,
Kon klatergoud, en praal, en ridderband versmaên,
En, vast gelijk een rots, ook 't woest geweld trotseren,
Dat eens van 't roer des staats vermetel u dorst weren.
Uw lust was lager kring; bij 't leerschool der natuur,
Volijvrig in uw' pligt, te toeven 't doodlijk uur.
Dat uur, schoon spade, heeft, te vroeg voor ons, geslagen;
En 't past den droeven niet, uw' geest terug te vragen.
Uw voorbeeld leev' bij ons, wier treurend ooge schreit.
De Schepper riep u op tot hooger zaligheid.
Deez' wereld was te kleen voor uw bespiegelingen:
Gij steegt naar 't maatloos ruim van hooger zonnekringen;
Daar juicht de vlugge ziel tot 's Allerhoogsten lof,
En voor 't verheerlijkt oog daagt onuitputbre stof.
jan brouwer.
Leeuwarden, den 20 Maart, 1823.
|
|