tevens het onveranderlijke rustpunt is voor ware vrome zedelijkheid; en hij zal zich dus noch door Wijsgeerte en Rede, noch door de magtspreuken eener zich het oppergezag aanmatigende Kerk, voor de ontbering van het kostbaarst kleinood schadeloos gesteld rekenen. Wij wenschen het veelvuldig gebruik van dit boek, en bij dat gebruik den besten zegen.
Hoe veel er ook over den Bijbel geschreven zij, en hoe zeer zich de godgeleerde zamenstellen hebben vermenigvuldigd, nog ontbreekt ons, zegt de Schrijver, een leerstelsel des Bijbels, dat zich in het leven van Jezus, haar niddelpunt, verheft, en al wat vóór en na Hem Goddelijks geschiedde, als in Hem vereenigd daarstelt, opdat de Kerk nog meer zegen aanbrenge, dan zij tot hiertoe gesticht heeft, opdat zij de dwalenden overtuige, die wanen, dat zij minder een Goddelijk geschenk is dan de Rede, en opdat zij de spotters een eerbied inboezemend en eeuwig stilzwijgen oplegge. Mogelijk, voegt hij er bij, verwelt echter de Vader der Geesten dra eenen grooten Geest, die het al des Bijbels zamenvat en zijne vuurstralen in één brandpunt verzamelt, namelijk niet slechts door te schrijven voor de geleerde en beschaafde wereld, maar door in de gemeente van Jezus zelve te werken en te ordenen. Ons wijsgeerig tijdperk heeft zulk een' Geest hoog noodig en schijnt dien ook te verdienen door zijn aanhoudend streven, dat, al leidt het ook op dwaalpaden, echter, wanneer Hij, die licht over onzen donkeren bolverspreidt, vraagde: Kinderen! wat zoekt gij? vrijmoedigheid geeft om te antwoorden: Vader! wij zoeken licht! - Het is ook rijp voor deze wedergeboorte, want de Bijbel is jaren lang gezift, en wordt thans - een stil, schoon gevolg der doorgestane beproeving - op nieuws op aarde verspreid. Ook heeft de magtige tijd den grond der zielen sterk geschud, en de op velerlei wijze
beproefde menschheid strekt volverlangen hare armen uit naar die oneindige liefde, die in Jezus Christus is. - Wij namen dit over, als een wenk voor den nadenkenden, en bidden slechts, dat geen da costa's Geest immer doordringe, ons, in plaats van Vrede, het Zwaard brenge, en dikke Duisternis, in stede van Licht!