Toen hij haar weder nedergezet had, scheurde zij een stuk van haar kleed, en wikkelde haren oudsten zoon, een' knaap van omtrent acht jaren, daarin. Hierop vielen vele mannen en vrouwen haar te voet, en kusten haar. De Sutee bemoedigde de vrouwen, om in dergelijk geval hetzelfde te doen. Het kind wierp nu eene aangestokene fakkel in den kuil, uit welken daarop de vlam hoog opsteeg. De weduwe ging nu driemaal om denzelven heen, dragende een' pot in den arm, uit welken zij pek in het vuur wierp, om hetzelve te feller te doen branden; waarop zij zelve daarin sprong, en zich naast het lijk plaatste. Dadelijk was zij van de vlam omgeven, welke de omstanders, door het inwerpen van vlas en andere brandstoffen, nog zochten te vermeerderen. Zij klapte onophoudelijk in de handen, en voer daarmede voort, tot dat de huid reeds geheel verbrand was. Eindelijk zonken hare handen neder, en - zij was mede een lijk! Het ligchaam bleef echter zijnen stand behouden, en geleek naar een beeld van ebbenhout in het midden der vlam.
Het volk juichte hierbij onophoudelijk, en betuigde, nog nimmer eene Sutee van zoo veel vastheid van geest gezien te hebben. De opziener der politie, die, uit hoofde van zijn ambt, bij vele dezer plegtigheden was tegenwoordig geweest, betuigde almede, dat hem nog nimmer een offer was voorgekomen, dat zoo gelaten en tevens zoo kloekmoedig was. Ik stond slechts op drie schreden afstands van het vuur; de rampzalige had het aangezigt naar mij gekeerd, en nimmer zal ik dat afgrijselijk schouwspel vergeten. Aanvankelijk zag haar gezigt verwilderd; naderhand, echter, rustig en gelaten; hierop zwak, afgemat en hevig aangedaan; maar, toen zij om den brandstapel ging, was haar gelaat weder volkomen gerust en stil. Zij scheen mij toe, vijftig, en de man zestig jaren oud te zijn geweest. Zij liet drie kinderen na; eene dochter van twintig jaren, die reeds gehuwd was, en twee zoons.