Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1821
(1821)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 578]
| |
Londen onderhoudt dagelijks 15,000 straatbedelaars, vele van welke 30 Engelsche schellingen daags ophalen. Vele vereenigen zich in Klubs, waar des avonds, met veel deftigheids, eene partij whist of boston gespeeld, of ook wel met de bedelmeisjes vrolijk gedanst en met de Collega's wakker gedronken wordt. Een speculatief bedelwijf betaalt voor een kind, dat er regt ellendig, gebrekkelijk en krank uitziet, gaarne twee Engelsche schellingen en meer huur daags; een blindeman is duurder; drie schellingen is zeer redelijk; deze prijs stijgt, hoe magerder de blinde is, en naar gelange hij erbarmelijker gezigten trekken kan. Pronkärtikels zijn jongens, die, door kunstmatige verdraaijingen hunner ledematen, de jammerlijkste verminkingen kunnen nabootsen. Hier zit eene vrouw, tien jaren achtereen, dagelijks op dezelfde plek, met tweelingen, die nooit ouder of grooter worden. De bedelaars houden dergelijke voorwerpen niet zelve na; dit is te lastig, en met het gemak hunner huisselijke inrigting onbestaanbaar; waarom daartoe weêr bijzondere magazijnen voorhanden zijn, vanwaar dergelijke kinderen, kreupelen en ellendigen des morgens vroeg afgehaald, en waarin zij des avonds weêr teruggebragt worden. Het spreekt van zelf, dat de afhaler aan het magazijn een evenredig onderpand moet laten. Onder opgemeld verbazend getal bedelaars zijn de meer satsoenlijke niet medegerekend, die van huis tot huis met bedelbrieven rondgaan. |
|