Antikritiek op de Recensiën van D. Schotsman's Eerzuil ter nagedachtenis van de Nationale Synode van Dordrecht, door Justus van Oldenburg. Te Rotterdam, bij N. Cornel. In gr. 8vo. 60 Bl. f :-12-:
Een oude keffer, die lang, op een der buitenwerken van Neêrlands onverdraagzaam Sion, hielp waken, maar, omdat hij niet meer bassen noch bijten kon, werd afgelost, en nu het genadebrood eet, sleept zich hier uit zijn hok, om aan meester, die een verdiend pak slagen krijgt, zijne trouw te toonen. Arme slokker! wat wilt gij zonder stem en tanden? Gij kunt niemand schaden of verschrikken. Sluip stilletjes heen, eer gij slagen of schoppen krijgt, en leg u, tusschen de pooten van Cerberus, te rust! Gij hebt van baas een stukje lever verdiend.