geluk verheugen, wanneer zij hem door den dood verliest. Zij vindt haren troost alleen in den Godsdienst en in het dierbaar pand van haren echt, dat zij even zorgvuldig opvoedt, als het evenbeeld van haren huwelijksvriend.
Zoodanig is het eenvoudig beloop van dezen Roman, voor zooveel het hoofdvoorwerp betreft der geschiedenis. Dezelve, echter, is overal doorweven met de verschillende voorvallen van andere personen, die tot Eugenia in betrekking staan, als van hare ouders, haren broeder, hare magen en vriendinnen, die alhier een belangrijk voorkomen hebben, en bijzonderlijk van de Predikanten Eerman, die haar tot lid der kerk aanneemt, en Bunou en Lindendaal, die haar van tijd tot tijd den zorgvuldigsten raad mededeelen. Hare eigene opvoeding, van de eerste kindschheid aan tot op gevorderden leeftijd en eigenen levensstand, haar omgang met hare Selma, hare vereering van den stervenden Eerman, hare beproevingen in verscheidene ongevallen, vooral dan, wanneer zij schandelijk belasterd wordt, of zich in den echt begeven zal; dit alles is uitnemend voorgesteld, altijd gepaard met die zedelijke en godsdienstige strekking, welke hare innerlijke waardij met zich voert en tot opmerking en navolging dringt. De karakters der handelende personen loopen, ondanks het schijnbaar eenzelvige, zeer goed uiteen, zonder overdrijving. Alles, in één woord is Natuur, hoedanig wij ieder tooneel op zich zelf, en alle tafereelen te zamen genomen, van eenen bekwamen Schrijver mogen vorderen. De wenken voor huisselijke en schoolsche opvoeding, voor godsdienstig onderwijs, zonder zich tot de eene of andere kerkelijke gezindheid te bepalen, en tevens voor het echtelijke leven, zijn door het gansche boek henen voortreffelijk, gegeven; en het geheel voldingt des Schrijvers oogmerk, om alhier duidelijk te leeren, dat geen stand of beroep in dit leven inderdaad gelukkig kan zijn zonder de ware Godsdienstigheid des gemoeds, en dat alleen het eerbiedig vertrouwen op Gods aanbiddelijk bestuur geschikt is, om de gewone rampspoeden der wereld te matigen en heldhaftig te overwinnen.
Uit deze korte opgave zullen onze Lezers en Lezeressen van zelve het goedkeurend oordeel opmaken, hetwelk wij over dezen arbeid van den Berlijnschen Leeraar, wilmsen, mogen vellen. Reeds andere veelvuldige geschriften, sommige ook in het Hollandsch vertaald, hadden hem, vooral in