Twee Brieven van een Koopman in London, aan zijnen Vriend te Amsterdam; houdende een Gesprek van een Roomschgezinde en een Protestant met een Jood. Uit het Engelsch. Te Leyden, bij A. en J. Honkoop. In gr. 8vo. 119 Bl. f 1-2-:
Dit boekje verdient opmerkzaamheid. De aanleiding tot het gesprek is aardig gevonden. Pater salian, een Jezuit, hield het middagmaal bij den Protestantschen briefschrijver; levi, de Jood, komt staande den maaltijd binnen, en men kon hem niet noodigen mede aan te zitten, omdat er nu niets meer dan varkensvleesch voorhanden was; de gastvrouw hield de onthouding van den Jood voor vrij wat meer gegrond, dan dat de Pater zich eeniglijk met visch beholpen had, omdat het nu juist vrijdag was. Dit gaf een wel vriendelijk, maar nog al hevig gesprek. En na den maaltijd bepaalde men eene nadere bijeenkomst, om eens over den verschillenden Godsdienst te spreken; bedingende levi echter, dat een zijner geleerde Rabbijnen voor hem het woord voeren mogt. Op den bepaalden dag kwam men bijeen, en Pater salian betoogde, (en deed dit waarlijk goed) dat jezus van Nazareth de Messias was, uit de door hem verrigte wonderen. Maar de knappe Rabbijn bleef geen antwoord schuldig, en ontzenuwde geheel het bewijs, door het loochenen dier wonderen; zich beroepende op een aantal wonderen van lateren tijd, van welke hij er een goed aantal opnoemt, en die inderdaad de wonderen van jezus en zijne onmiddellijke navolgers nog overtreffen, en aan welker wezenlijkheid Pater salian even zeer geloof moest hechten, ofschoon de Jood niet onnoozel genoeg is, aan eene enkele dezer vertellingen te gelooven, gewisselijk overtuigd, dat de Almagtige nooit aldus met de stervelingen wil beuzelen. De Pater was verlegen en stom; dan, gelukkig was er zeker Protestantsch Heer, beza genoemd, tegenwoordig, die nu het woord nam, en de wonderen van jezus en de Apostelen zeer goed wist te handhaven, zoodat nu
de Jood op zijne beurt tot zwijgen werd gebragt. Bij eene andere gelegenheid nam deze Heer beza, voor hetzelfde gezelschap, het betoog op zich, dat jezus van Nazareth werkelijk de Messias was, naar de schriften van het Oude Verbond. Eerst wijst hij aan, dat de