Louise van Vergy, of het vermogen der Hartstogten. Naar het Fransch van Paccard. Te Amsterdam, bij J.C. van Kesteren. 1818. In gr. 8vo. 354. Bl. f 3-:-:
Wij konden uit dezen fraaijen Roman eene aardige verzameling van kernachtige gezegden en goede lessen leveren; met zoodanige is dezelve doorweven.
‘De overeenstemming tusschen broeders en zusters ontstaat veeltijds uit eenen gelijken graad van teederheid en genegenheid, die verstandige ouders wijsselijk weten te betoonen.’
‘Hoe gelukkig zou de mensch zijn, indien hij zich zelven konde overwinnen! Maar met dit zeldzaam voordeel werd slechts een klein deel der menschen begunstigd: daarom zal men waarschijnlijk, te allen tijde, de wijzen op dit ondermaansche kunnen tellen; terwijl de dwazen te zeer vermenigvuldigen, en daarom zulks onmogelijk maken.’
‘Koele redenaars! vaart niet te zeer uit over de driften; wijst ons veeleer den weg, om het schadelijke derzelve te kunnen mijden; leert ons dezelve beteugelen, en hoe wij handelen moeten, wanneer de liefde ons hart beheerscht.’
‘Eene goede opvoeding gaat nimmer geheel en al verloren; zij laat steeds sporen van goede zeden na, en uit goede zeden wordt het waar geluk geboren.’
‘Een deugdzaam besluit vertragen, is hetzelve vernietigen,’ enz.
Wij noemen dezen Roman fraai, niettegenstaande eene en andere hooge onwaarschijnlijkheid, vermoeijende gevechten,