Olivier Cromwell.
In zeer gewigtige aangelegenheden vertrouwde cromwell niemand, dan zijnen Secretaris thurlow, en dikwijls ook dezen niet. Een voorbeeld hiervan komt uit thurlow's eigen' mond. Eens ontving hij bevel van zijnen Meester, ten bestemden tijde naar eene bepaalde plaats te gaan, en den man, dien hij daar zou zien wandelen, (kleeding, houding, enz. werden hem naauwkeurig beschreven) een' wissel van 20,000 P. st., in Genua betaalbaar, te overhandigen, zonder een enkel woord te spreken. Thurlow volvoerde zulks, en heeft nooit geweten, wie de persoon en welke de aanleiding is geweest.
Niets van al hetgene karel II in zijne ballingschap deed, bleef cromwell onbekend. Een Edelman, die in dienst des Konings had gestaan, verzocht den Protektor om verlof tot eene reis, en verwierf hetzelve onder beding, dat hij karel stuart niet zou zien. Hij vond dezen te Keulen, en verschafte zich bij hem een nachtelijk gehoor. Na een omstandig onderhoud over de aangelegenheden, om welker wille hij gekomen was, nam hij afscheid, en ontving eenen brief, dien hij tusschen de voering van zijnen hoed verstak. Bij zijne wederkomst in Engeland verscheen hij met eene vrijmoedige houding voor cromwell, en verzekerde, op de hem gedane vraag, dat hij aan zijne belofte stiptelijk voldaan had. ‘Wie blies dan,’ hernam cromwell, ‘de kaarsen uit, toen gij met karel stuart spraakt, en wie nam den brief aan, dien hij u medegaf?’ - Vergeefs poogde de verpletterde Edelman zulks te loochenen, en hij werd onmiddellijk naar den Tower gevoerd.