regering van Achab geraakte dezelve nog meer bedorven, terwijl Elia de eenigste was, die Achab openlijk durfde wederstaan, en, schoon hij soms wel hevig genoeg werkte, echter juist de man was voor dezen tijd.
Ten tijde dat Israël in Achab een' der slechtste Koningen had, bezat Juda in Josaphat een' der besten, die Godsdienst en regt grondig herstelde, en voor den bloei des rijks zorgde; schoon niet alle maatregelen, tot dit einde genomen, met het belang van den Godsdienst strookten.
Ahazia regeerde slechts twee jaren over Israël, maar was niet beter, dan zijn vader Achab geweest was. Zijn broeder Joram, in tegendeel, was veel beter; maar de door dezen besten der Israëlietische Koningen opgewekte verwachtingen verdwenen weder na zijnen dood.
Joram, zoon van Josaphat, Koning over Juda, liet zich door Athalia, dochter van Jezabel, van Jehovah's dienst aftrekken. - In dezen tijd valt het leven van Eliza, den leerling en opvolger van Elia. - Na Ahazia's dood laat Athalia, zijne moeder, al zijne kinderen ombrengen; maar Joas werd door den Hoogepriester verborgen, en na zes jaren tot Koning uitgeroepen. Hij regeert eerst zeer wel, maar begunstigt later den afgodsdienst, en wordt door Jehovah gestraft. Zoo ook Amazia. Azaria was zeer Godsdienstig, maar bezondigde zich door ijdele zelfverheffing. Jotham's regering was Godvruchtig en roemrijk; maar zijn zoon Achaz was een der slechtste Koningen van Juda, onder wiens bestuur Juda zou vernietigd zijn, wanneer God het niet om David's wil in stand gehouden had. Hiskia deed alles tot zuivering van den Godsdienst, en poogt daartoe zelfs in Israël te werken; hetgene ook niet geheel mislukt. Jehovah zegende hem ook, en deed hem het juk der Assyrische overheersching afschudden.
Jehu, Koning van Israël, verdelgde het geheele huis van Achab, ingevolge voorspellingen desaangaande, en roeide voorts den Baälsdienst uit, maar bleef den runderdienst (dienst van Jehovah onder het beeld van een