breid is, en onder welke het nomen et omen toch ook niet is boven iedere uitzondering. Maar wij willen de onderteekeningen van deze en gene ons door willem eerlijk hier medegedeelde verklaringen en brieven, derzelver echtheid enz. niet betwisten; en dan houden wij johann adam müller voor eenen nijveren, eerlijken, Godsdienstigen en eenvoudigen landman, die sinds 1806 zonderlinge verschijningen en openbaringen had of meende te hebben, en die zich van menig soortgelijk Profeet van den tegenwoordigen tijd hierdoor onderscheidt, dat hij, bij al zijne aanwijzingen uit en wenken op de H. Schrift, zijne kennis van de toekomst niet grondt op de gewijde Godspraken, maar eeniglijk op die hem gegevene mededeelingen door het Geestenrijk, welke hij nu eens wakende, dan weder droomende ontving, en welke, voor zoo ver dezelve dan vervuld werden, ja wel in deze of gene bijzonderheid eenigzins bestemder, echter doorgaans niets meer inhielden, dan den niet zeer veraf zijnden
val van napoleon, na zijnen Russischen togt, door groote en bloedige overwinningen der groote Mogendheden van Europa; het wederom uitbarsten van den oorlog na zijne verwijdering op Elba, en herstel en handhaving van den Christelijken Godsdienst. Uit hoofde dan van den bij deze verschijningen hem gegevenen last, ondernam müller eene langdurige en bezwaarlijke reis naar den Koning van Pruissen, en schreef, teruggekeerd, aan Zijne Majesteit onderscheidene brieven; terwijl hij in beide gezegden Vorst vooral moest opwekken tot het lezen van en het handelen naar zekere aangewezene hoofdstukken uit den Bijbel, en in een' zijner brieven hoogstdenzelven ook onder het oog brengt, dat sommige menschen in zijn rijk op zondag hun breiwerk in handen namen, en in het openbaar op straat zaten te werken, opdat het toch een ieder zien mogte, hetwelk, zegt müller, een gruwel voor God; aanschijn is.
Wat van müller's verdere voorspellingen worden zal, met name: een nog aanstaande kortdurende oorlog, eene verdeeling van Frankrijk, vereeniging der Heidensche, Turksche, Joodsche en Christelijke Godsdiensten met elkander, en de stichting van de verbondstad, van welke, onder den naam van het Nieuw Jeruzalem benevens den berg Sion, ons hier de platte grond naauwkeurig gegeven wordt, en wat hij alverder meer of min duidelijk vooruit meent te zien, - dit alles,