Treurspel, Richard III, zal uitvoeren, maakt inzonderheid dit tooneel zeer belangrijk. Shakespeare is ontevrede over de koelheid, waarmede clarence eenige regels, en bijzonder de woorden: ik min u, declameert. Dit geeft hem aanleiding tot de volgende uitboezeming:
‘De liefde! Men ziet wel dat gij nog nooit de gevolgen van deze ontzettende drift hebt ondervonden. Ik min u, kan zichzelven niet doen verstaan, de toon, de oogen moeten het uitdrukken, de houding en bewegingen alleen kunnen het krachtvol te kennen geven. Ik min u, in den mond van een waarlijk doordrongen wezen, moet verstaan worden van alle vreemdelingen, van alle volkeren, zelfs van de woeste barbaren. De natuur had steeds eene, dezelfde taal; zij is geheel het eigendom van de ziel, en daar deze liefde zich aan ons openbaart door de lucht, die wij inademen, door de toonen, die in onze ooren klinken, door alle de voorwerpen, die zich aan ons gezigt vertoonen.... Ik min u, geeft ook te kennen: Ik zie niets dan u, hoor niets dan u, adem alleen voor en door u, en sterf aan uwe voeten, indien ik in uw aanzijn niet deele!’
Doch wij worden te uitvoerig. Melden wij nog kortelijk de ontknooping. De liefde van clarence voor shakespeare is gedurende deze tooneelen toegenomen. Nadat hij is vertrokken, krijgt zij berouw, dat zij aan Lord wildson het rendez-vous heeft toegestaan. Zij besluit hem niet te ontvangen, schrijst hem, en draagt aan anna op, hem, bij zijne komst, den brief te overhandigen, en hem daarna op eene wellevende wijze te doen vertrekken. Intusschen is er reeds geklopt. Men hoort: Richard de Derde. Clarence neemt in de haast de kaarsen mede, en laat hare kamenier in het donkere. Anna ontvangt den man, dien zij voor Lord wildson houdt, en overhandigt hem den brief. Hij openbaart zich. Het is shakespeare. Hij is in de hoogste woede. Clarence komt te voorschijn. Niets kan hem doen bedaren. Eindelijk leest hij den brief, aan den Lord gerigt. Deze bevat de bekentenis van clarence's liefde voor shakespeare.... en shakespeare is gelukkig. - Nu komt wildson. Hij klopt en roept: Richard de Derde; doch shakespeare opent een venster en roept naar buiten: ‘Richard de Derde is te laat gekomen.