en verbetering van den openbaren Godsdienst, het Leeraars ambt en Kerkelijk Besiuur zal uitgegeven worden, en hetwelk, in vele opzigten, ten aanzien der inrigting, als een vervolg zal kunnen beschouwd worden van het Magazijn voor den openbaren Godsdienst, te Sneek, bij den Boekhandelaar van gorcum uitgegeven,’ enz.
De inrigting nu van het Werk, opdat wij nader tot het verslag van hetzelve komen, is, volgens de gemelde bedoeling, de volgende. Vooreerst worden in elk dezer drie Stukjes Bijdragen geleverd, zoo oorspronkelijk als vertaald, welke tot het hoofdonderwerp betrekking hebben; dan volgen in ieder Stukje Beoordeelingen van uitgekomene Werken; daarna bloote verslagen van kleinere of grootere Werken, en eindelijk berigten, den staat der Kerke betreffende.
Indien wij nu ons oordeel zullen zeggen, over de uitvoering van het plan van dezen arbeid, hetzelve kan niet anders, dan over het geheel vrij gunstig zijn. In de Bijdragen worden goede, welbewerkte vertoogen gevonden over belangrijke opgaven; de Beoordeelingen zijn oordeelkundig, juist en doelmatig, de verslagen naauwkeurig, en de Berigten belangrijk, bijzonder in het Tweede en Derde Stukje voor de Hollanders, door het officieel plaatsen van alles, hetwelk van wege het toenmalig Gouvernement, ten aanzien van den openbaren Eeredienst, het Leeraarsambt en Kerkelijk Bestuur, verordend en daargesteld is. -
Over het geheel houden de Verzamelaars van het een en ander den middelweg tusschen overdrevene regtzinnigheid en ligtzinnigheid, ten aanzien van het leerstellige van den Godsdienst; zoodat wij, hoewel wij niet alles voor onze rekening zouden verkiezen over te nemen, evenwel in het algemeen hunnen arbeid kunnen en mogen aanprijzen, en het ons spijten zal, indien dezelve voortaan gestaakt zou blijven.