achten al het nieuwe, als een gebrek van goeden smaak en zedelijkheid; bewonderen daarentegen den voorledenen gouden tijd, en gelooven, in den tegenwoordigen tijd zoo veel te meer te kunnen despotiseren, daar dezelve in hunne oogen niets deugt. Dit is het gewone Egoismus van den ouderdom, hetwerk alles beter weet, alles heeft doorzien, alle ontdekkingen in de wetenschappen voor lang bekende dingen houdt, en overal wegens zijne jaren, en reeds enkel daarom, met meerder toegeeflijkheid wil behandeld zijn.
Nog andere Egoisten zijn zonderlingen in hunne geheele wijze van denken, in hun weten en gelooven, in hun doen en niet doen, dikwijls tot aan de belagchelijkste eigenheden toe. Zij wilden wel de geheele natuur omkeeren, om zich over deze verwarring der dingen te vermaken, en zich met het angstige gedrag der menschen hierbij te vervrolijken. Niets staat hun meer tegen en is hun onverdragelijker, dan het dagelijksche en gewone heen en weder wankelen van het menschelijk leven; de gewone natuurlijke mensch is in hunne oogen eene ziellooze natuur, die geene kracht, om zich zelven eenen ongewonen werkkring te scheppen, bezit, en den weg van alle dwazen gaat. Deze misvormde geesten, die met bedorvene oogen het best gelooven te zien, zullen zich zeer zelden met de menschheid verzoenen, omdat zij dezelve voor een mengelmoes van eeuwige beuzelarijen houden, en den loop der dingen zelfs naar hunne eigene vreemde stellingen willen leiden. Zij zijn als verwaarloosde kinderen, welker wil niet meer te verzetten is. Zij zijn achterhoudend, openhartig, weemoedig, onverzettelijk hard, verliefd, vrouwenhaters, traag, hoogstlevendig, liefkozend, satiriek en nijdig, al naar dat het verkeerde gemoed zulks beveelt. Zij verwisselen hunne studien, veranderen den dag in den nacht, en den nacht in den dag; kunnen de eene reis geene luidruchtige vrolijkheid genoeg hebben, en verbergen zich eene andere reis in de donkere eenzaamheid. Zij berispen alles, op alles hebben zij aanmerkingen, hunne geheel bijzondere verkeerdheid is de dochter van het hardnekkigst Egoismus dat men onder de menschen kan aantreffen. Er zijn lieden van deze soort, welker bijzonder en vreemd karakter door niets in de wereld, dan door eene kwade vrouw, kan genezen worden.
In Engeland behooren de Zonderlingen te huis. - Deze soort van menschen trest men overal aan onder arme en rijke Britten; natuurlijk onder de laatsten het meest, omdat de rijkdom de bijzonderheden van allerlei soort begunstigt, en dezelve, als het ware, voor de oogen van het zich verwonderend algemeen adelt. Een dezer zonderlingen was Lord camelford, Baron van bocconoe. Een wreedaard, die echter in goed gezelschap, bij zijne zuster, Lady grenville, bij zijne moeder, bij zijne vrienden, de bevalligste en wellevend-