ring van karel den schoonen. - Filips van valois opent, als de eerste Vorst uit een nieuwen tak, het vierde Tijdperk, 't welk met het verdorren van dien tak besloten wordt. - Het vijsde neemt een begin met de troonverhefsing van hendrik den IV, den eersten Koning uit de Familie van Bourbon, en loopt af met het ombrengen van lodewijk den XVI.
Welk een voorraad van schrijfstoffe leveren bijkans veertien Eeuwen en zes-en-zestig Koningen op! Zulks te verwerken in 243 bladzijden, geeft voor 's hands te kennen, dat het beknopt en ineengedrongen moet zijn, en ook de beschouwing der Wetenschappen, Kunsten en Gebruiken, op den Titel vermeld, met waarheid den naam van vlugtig mag dragen. Dan ook hoeveel verschillen zij van de meesterstukken, die een robertson ons in de Historie van karel den V leverde!
Wel is waar, onder dit aantal Koningen, zijn er niet weinige, die voor 's Heeren gordon's Tafereelen geene of geringe stoffe aanboden; doch hoe velen verdienden eene gezetter en meer uitvoerige schildering, zou het Tafereel aan het voorwerp beantwoorden! De korte schets, van welke de Schrijver spreekt, als hier in een uitgebreider Tafereel hervormd, moet wel zeer kort geweest zijn.
Veelal zijn de Karakter-opgaven den Vorsten voegende. Doorgaande komen de Priesters en de Vrouwen er slecht af; doch verdienen die, welke wij hier ontmoeten, een beter lot? De Schrijver, wel verre van te hunnen opzigte de trekken te verzachten, bedient zich van de sterkste; en, of het niet genoeg ware dit in den Tekst te doen, dient eene menigte van ophelderende aanteekeningen aan den voet der bladzijden, om dit alles nog in klaarder dag te halen, en door Aneedotes het reeds stekende nog stekender te maken. Dit zal het grootste gedeelte der Lezeren wel gevallen; die saus smaakt veler verhemelte. Of zulks anderzins in die ruimte aan een Geschied- en Staatkundig Tafereel voege, is eene andere vraag; eene vraag, waarop strikte oordeelkunde misschien neen zou antwoorden. Dan men hebbe den smaak eens Schrijvers iets toe te geven.
Wat den stijl en de wijze van voordragt betreft, deze is zichzelven niet zeer gelijk; nu eens deftig en aan den sierstijl grenzende, dan laag vallende. De taal is ver-