De Oude en Jonge Janus, of Gedachten op den Ouden- en Nieuwen-jaarsdag. Door A. Fokke, Simonsz. Met Caricatuurplaten. Te Amsterdam, bij H. Gartman. 1807. In gr. 8vo. 76 Bl.
Dit kleine geschrift is vermakelijk en over het geheel van leerzamen inhoud, zoodat het bij de vele soortgelijke van dezen geleerden Grappenmaker eene plaats verdient, en, naar ons oordeel, boven sommige van dezelven niet onvoordeelig uitkomt. Behalve eene uitlegging der aardig gekozene Karikatuurplaten, (waarvan de eerste de onderscheidene vreugde der oude Volken op den Nieuwjaarsdag; de tweede twaalfderlei soort van tijdverdrijf, zoo als de Schrijver het noemt; en de derde onze hedendaagsche Nieuwjaarsdrukte geestig genoeg asteekent) bevat het Voorberigt zoo het voornaamste, dat er van janus te zeggen valt. Voor den laatsten dag van 't jaar ontvangen wij daarop eene Verhandeling, in 's mans bekenden trant, over de vraag: waar blijft de tijd? en eene aanwijzing der wijsgeerige bepalingen van vroegere en latere Wijsgeeren aangaande denzelven; daarop de tijdverdrijvers op Plaat II afgebeeld, en eene soort van opwekking tot het beoefenen der kunsten en letteren, naar gewoonte met eenige dichtregels gesloten. De tweede Verhandeling is voor den eersten dag van het jaar, en vol geestige scherts. Wij hebben hier eene opgave der vreugdebedrijven op Plaat I ons voorgesteld, derzelver oorsprong en beteekenis; voorts komt de Schrijver op onze woelige drukte, den oorsprong van de Nieuwjaarsgeschenken, en sluit met een wenschje, al mede daarop, in rijm gebragt; welken wensch, den besten, dien men vinden kan, de Schrij-