Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1806

Kwalijk verkreegen geld beklijft niet.

Nog ten huidigen dage wordt te Leicester (in Engeland) het huis geweezen, waarin richard de III den nacht voor den Slag van Bosworth doorbragt, en bewaart men in de Archiven dier stad een trek, welke het karakter van dien Vorst kenmerkt. Hij hadt de gewoonte, onder zijne Veldequipagie een zeer groot houten ledikant rond te voeren, onder voorgeeven van op geen ander te kunnen slaapen. De waare reden was, dat hij in hetzelve eene verborgene lade hadt laaten maaken, waarin hij zijn geld wegstopte. Naa zijne nederlaage en dood deedt de Graaf van richmond (hendrik de VII) zijne intrede te Leicester, en plonderde richards equipagie; doch het houten ledikant liet men leggen, als een stuk van geene waarde, en plaatste het in een pakhuis van slegte huisgeraaden. Naa verloop van eenigen tijd wilde de eigenaar van het huis het verbranden, en begon het te klooven; maar hoe groot was zijne verbaasdheid, toen hij blinkende stukken gouds daaruit zag rollen! Hij bewaarde zijn geheim, en wierdt

[p. 576]

rijk, zonder dat iemant wist hoe. Hij kogt landerijen, en wierdt Maire van Leicester. Zijne weduw leefde veele jaaren in grooten luister, en wierdt eindelijk door haare meid vermoord, die agter het geheim der ontdekkinge was gekomen, en de vrugt daarvan zich wilde toeëigenen. t Was door de ondervraagingen van deeze rampzalige, en van haare medepligtigen, dat de zaak openbaar wierdt.