Monniken-werk.
Het woord Monniken-werk wordt vry algemeen gebruikt, om, in eenen overdragtlyken zin, nutloozen arbeid aan te duiden. Dan cassianus verschaft ons een voorbeeld van dien Arbeid, in eenen letterlyken zin. Bekend is het, dat de Monniken, in ouden tyde, tot zekeren arbeid, hoe weinig dezelve vaak te beduiden hadt, verpligt waren. Doch zommigen deeden het alleen om niet geheel ledig te gaan. Dit was het geval van den Abt paulus, door gemelden Schryver opgetekend. Hy woonde in het Egyptisch Landschap Thebais, in de groote Woestyn Porphyrio. Een Palmboom en een kleine Tuin verschaften hem genoegzaam leevensonderhoud. De Palmboom gaf hem ook gestadig werk. Hy verzamelde Palmboombladen, en maakte daar van, als of hy 'er van bestaan moest, dagelyks een zeker aantal mandjes, en vulde 'er zyne kluis mede. Dan hy bevondt zich meer dan zeven dagreizen van de naaste Stad af, waar hy zyn werk zou kunnen slyten; en het vragtloon, om het derwaards te voeren, zou meer bedraagen hebben, dan zyn gemaakt werk waardig was. - Wat deedt paulus? Als het Jaar om was, verbrandde hy al den arbeid zyner handen.