Schoonheden van August Lafontaine.
Het Hart is het voornaamste by den Mensch: het Hoofd hebben wy slegts noodig om te leeven, maar het Hart om te sterven.
De schoonste overwinningen der Deugd zyn die, welke niemand bemerken kan. Het voorneemen ten goede is toch niet ons doel, maar het goede zelf; en dit bereikt men slegts langzaam.
Zeg iedereen al wat gy van hem denkt, maar zeg het hem zó alsof hy op zyn sterfbed lag. Zoudt gy eenen stervenden een hard woord kunnen toevoegen? Wel nu, wy menschen zyn immers stervende.
De Dood is voor de moede Ziel, voor het uitgeputte Hart, wat de Slaap is voor het vermoeide Lichaam: herstel van alle krachten, verdwyning van alle elende.
De Wellust is de verschrikkelykste Ondeugd, om dat men nooit kan zeggen: hier houdt zy op.
Jammer is het, dat de hoogste schoonheid, de zuiverste deugd, zich niet laat beschryven. - 't Is, als of men iemand, die nooit den hemel had gezien, eene beschryving wilde geeven van het zuiver blaauw uitspanzel op een schoonen zomerdag. Men kan slechts zeggen: zie het; het kan niet beschreeven worden, om dat het te eenvoudig is.
Men moet nimmer doen, wat wraak of toorn ons ingeeven - 'er kan een tyd komen, dat men wanhoopig wordt over dingen, waarover men eerst juichte.
Het gantsche geheim van de groote wereld is: aan niets van harten deel te neemen.
Menige onschuld schuwt niet het kwaad, maar den kwaaden naam.
De Kleeding van een Meisje is de Spiegel haarer Ziele - de Thermometer haarer Onschuld.
Waar Liefde en Schoonheid de Belooning is, die de Wetten aan den Man toekennen, daar is hy alles, wat de Staat wenscht.
Rust is gif, zo dezelve niet voor Moeite gekocht is.