skeete, dat een minder roode kleur alleen geen bewys is van gebrek aan werkzaamheid by deezen bast, als maar de sterke bittere en zamentrekkende smaak, waar door zy zich genoegzaam, zo wel van de overige zoorten van Kina, als van vreemde ondergeschovene basten, onderscheidt, aanwezig is. Het is echter veiliger, als men, zo veel mogelyk, de roodste vaster en zwaarder stukken uitkiest. De slegter gemeene Kina, of andere basten, door Sandelhout, Fernambuk of Bolus gekleurde roode Kina, verraadt zich niet alleen door den smaak, maar ook, dat zy, in stukken gebroken, inwendig lichter of vaalgeel is. Men brengt deezen bast in poeder uit Engeland, maar men kan daar van hetzelfde zeggen, als van het poeder der Koortsbast gezegd is.
Dit poeder der gewoone Koortsbast is gemeenlyk met een vierde deel gebrandde Talkaarde (Magnesia usta) vermengd. Men kan zich van dit bedrog overtuigen, als de minder bitter en zamentrekkende smaak een, echter met de echte in kleur roode Kina overeenkomend poeder, laat vermoeden; als men eene drachma daar van, met eenige oncen water, laat uittrekken, en het rood helder uittrekzel met wat zuuringzout, of zuuringzuur, vermengt, waar na de donker roode kleur met een wit nederslag (Praecipitaat) verdwynt, als het op de gezegde wyze is nagemaakt. Men moet in het pulverizeren van deezen bast niet veel te rugge laaten, om dat het middelst werkzaamst gedeelte zich bezwaarlyk tot poeder laat stooten.’
De Proeven, door den geleerden Vertaaler by het Stukje van dörfurt gevoegd, om tot eene nadere beslissing van het nog hangend geschil onder de Geneesheeren te dienen, of men, naamelyk, meer uitwerking van een afkookzel, dan van eene koude infusie der Kina, te wagten hebbe, zyn zeer belangryk. Ondertusschen komt het hier niet alleen aan op de hoeveelheid van het uitgetrokkene, en op den tyd, geduurende welken het water de uitgetrokkene deelen kan ophouden, maar ook vooral hier op, of de kooking den tot geneezing noodzaakelyken zamenhang der gronddeeltjes verandere en minder kragtig maake. Het eenig middel, om dit waarlyk belangryk geschil voldoende te beslissen, zou, onzes achtens, alleenlyk kunnen zyn, het in 't werk stellen van naauwkeurige vergelykende proeven, in groote Hospitaalen.