Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1802

[p. 579]

Bybelsche Tafereelen, byzonder ter opscherping van den Smaak en het Gevoel voor de Euangelische Geschiedverhalen, in Leerredenen geschetst; door F. van Teutem, Leeraar by de Gemeente der Remonstranten te Gouda. Te Rotterdam, by C. van den Dries en Zoon, 1802. In gr. 8vo. 218 bl.

Niemant kan twyfelen, of de Euangelische Parabelen of Gelykenissen bezitten eene voortreffelykheid en schoonheid, die haar met soortgelyke Opstellen, welke de gewyde Aloudheid oplevert, doen wedyveren, in veele opzigten zelf te boven gaan. Zoo wel het leerryke dier verdichtzelen, als de sieraaden, in welke dat leerryke is omkleed, verkondigen eenen fynen, gezulverden Smaak en vlug Vernuft in den Godlyken Leeraar. Geen wonder daarom, dat de Verkondigers van het Euangelium, in hunne Kanzelredenen, de behandeling van die Gelykenissen zich dikmaals ter taake neemen. Jammer is het, dat allen hieromtrent niet met den geest der onderscheidinge te werk gaan, dikmaals te veel aan de bysieraaden en omkleedzels blyven hangen, zonder in den geest en het waare oogmerk des versierzels door te dringen. Dit zelfde mag ook gezegd worden van verscheiden Verhaalen van daadzaaken, in de Euangeliën vermeld. Behalven het leerryke of waarschuwende, in die Verhaalen vervat, vertoont zich aldaar jezus in die agtbaarheid, verhevenheid, wysheid en andere hoedanigheden, hem byzonder eigen. Ook deeze leveren voor den Leeraar van smaak en oordeel voegzaame onderwerpen uit, ter leeringe en stigtinge van zyne Toehoorders. Staande in dit gevoelen, bepaalde zich de Eerw. van teutem tot de openbaare behandeling van eenige der laatstgenoemde Verhaalen, en deelde ze voorts, door den druk, aan de leezende waereld mede. Dat hy in de keuze zyner onderwerpen met oordeel is te werk gegaan, als zynde allen van een belangryken inhoud, blykt uit de volgende lyst derzelven. De opwekking van den Jongeling te Naïn. - De edele Boetvaardige. - De Vrouw, in overspel gegrepen. - De Kananesche Vrouw. - De opwekking van Lazarus. - Jesus te Bethanien door Maria gezalfd. - De Heiland beveelt van zyn kruis Maria zyne moeder, aan de te-

[p. 580]

dere liefdezorg van Joannes zynen vriend. - De bede der Moeder van Joannes en Jakobus voor hare Zoonen; zynde de laatste Redevoering geschikt voor de bediening van den Waterdoop, door den Leeraar aan zyn eigen Kind verrigt. Zoo wel de opheldering of uitbreiding, als de aanwending der Verhaalen ten nutten gebruike, is oordeelkundig, leerzaam en stigtelyk; in eenen styl, die, indien hy nu en dan wat minder gekunsteld ware, zich met nog meer genoegen zou laaten hooren. Bykans twyfelen wy niet, of de Eerw. van teutem zal genoegzaame aanmoediging vinden, om deezen bundel te vermeerderen. De ineengedrongene wyze van behandelinge gedoogt niet wel een uittrekzel, en doet ons met aanbeveeling ter aandagtige leezinge ons vergenoegen.