gen zodanig enen dwang, zo is het toch wenschlyk, dat ieder kind, in ene zo gewichtige zaak, zyne ouders raadplege en volkomen vertrouwe. De lezing van zodanig ene Roman kan der jeugd daarom welligt nadelig zyn. Ene geschiedenis voor ouders geschreven, en dan ook door ouders vooral te lezen, in den geschikten toon om het ouderhart te treffen, kon meer goeds stichten, en misschien menig ongelukkig huwlyk verhoeden.
De eenvoudige landlieden, by welken maria hare schuilplaats nam, hebben ons vooral behaagd. De man vond haar op den weg, en nam haar op zyne kar: wy willen hem zelve voor onze Lezers laten spreken:
‘Ik heb, zeide hy, Gods zegen ryklyk ondervonden. Ik was voor tien jaren een arme boerenjongen, en verwierf met dienen myn spaarzaam stukjen brood. Myn Heer had een uitgebreid landgoed, en was gewoon zyn koorn vele uuren ver te vervoeren. Daar hy nu zag dat ik trouw was, en het lieve vee wel verzorgde, zo droeg hy het my op, en ik moest vele vrachten doen, die my gelukten. - Lysje, de huismeid, was ene frissche meid, en ik ontdekte weldra, dat zy altyd een vriendlyker gezicht maakte, wanneer ik te rug kwam, dan wanneer ik vertrok, waar uit ik besloot dat zy my genegen was. Ik mogt haar insgelyks wel lyden, want zy had zwarte oogen en rode wangen, en was sterk en handig; maar ik dacht: Koenraad, ga niet zo schielyk te werk! - 'er behoort meer dan dat tot ene goede vrouw. Ik liet 'er niets van merken, dat zy my wel beviel, maar gaf acht op haar, en deed onder de hand onderzoek naar haar gedrag. En nu zag ik zelf, en hoorde ook van anderen, dat zy een vlytig, eerbaar, verdraaglyk meisjen was, dat een ieder het zyne gaf, en stil en ordentlyk voor zich henen leefde. Nu eerst vraagde ik: Lysje, wilt gy my hebben? - Zy wierd rood tot over de ooren, hield de voorschoot voor de oogen, gaf my de hand, en zeide ja! - Dat was nu wel alles goed, dan waar van nu te leven? - Lysje had niets dan een paar sterke armen en een eerlyk gemoed, en ik had tot heden 'er nog niet aan gedacht, om iets van myn loon terug te leggen, want ofschoon ik noch een speler noch een zuiper was, zo beminde ik toch des Zondags mynen dans, en verzuimde niet om my in de herberg te doen vinden, waar ik my dan ook deed gelden. Dan dit wierd nu anders. Ik kwam niet meer 't huis uit, en bespaarde elke stuiver voor myne volgende huishouding. Lysje maakte het even zo, en na een paar jaren hadden wy reeds zo veel gespaard, dat wy een huisjen en enen tuin konden kopen, die juist in het dorp te koop waren.
Omdat het huisjen bouwvallig was, bekwamen wy het voor enen geringen prys, en ik besteedde alle myne