Landbouw ongeschikt zyn, of ten minsten, door de aldaar vallende Schaapenmest, alleen tot die einden kunnen bekwaam gemaakt worden. Alles, derhalven, wat eenige nuttige onderrichting kan geeven, strekkende tot bevordering van het aankweeken der Schaapen, en het verbeteren hunner zo gewigtige voortbrengzelen, verdient de aandagt onzer Medeburgeren. Veel danks zyn wy daarom ook schuldig aan den Vertaaler van het nuttig Werk van lasteyrie over de Spaansche Schaapenteelt Thans ziet het eerste Stuk van dit Werkje het licht, 't geen nog door een ander zal gevolgd, en waarin teffens zal medegedeeld worden het Aanhangzel van den Hoogduitschen Vertaaler, over de Schaapenteelt der Engelschen. - Tot een proefje willen wy het volgende, betreffende de verschillende Hoofdzoorten der Schaapen in Spanje, afschryven: ‘Men onderscheidt, ten aanzien van de wol, slegts drie Zoorten van Schaapen: de eerste, by den naam van mérinos bekend, zyn genoegzaam alle reizende, en geeven de beste wol; de tweede, chourros of burdos, genoemd, en welker wol de grofste is, reizen zelden; de derde, zynde de metis, of de mesticen, ontstaan uit eene vermenging van de beide eerstgenoemden. Deeze drie Zoorten van Schaapen geeven meer of min kostbaare wol, naar maate van de rassen, welke zy het naaste bykomen, van het voedzel, dat zy verkrygen, van de zorg, waarmede dezelve opgepast worden, enz. Het reizen heeft daarop geen verderen invloed, dan alleen als eene bykomende omstandigheid, waarvan de uitwerkzelen door andere gelykwerkende oorzaaken, zo als ik hierna breeder zal aantoonen, insgelyks kunnen voortgebragt worden. In Frankryk en Spanje heeft men dienaangaande, over 't algemeen, zeer verkeerde denkbeelden: en dewyl zoortgelyke dwaalingen den voorspoed van myn Vaderland benadeelen, heb ik my verpligt geacht, dezelve te bestryden.
Het ras der mérinos brengt wolle voort, die, in schoonheid, alleen voor de Persiaansche en Shetlandsche behoeft te wyken. Deeze dieren zyn doorgaans twee voeten en twee duim Rhynlandsch hoog, en weegen van omstreeks twee-en-vyftig tot zestig ponden. Zy hebben een gedrongen lichaam, korte pooten, groote kop, niet zeer lange neus, rond gewelfd voorhoofd, en lange slakkenvormige hoornen. Derzelver wol is