Men ziet schielyk de fouten van zynen evenmensch, terwyl men de zyne over het hoofd ziet. - De grootste berispingen ondergaat vaak onze evenmensch van ons, en wy kunnen veelal niet verdragen, dat ons zelven een enkel gebrek worde voor, en onder 't oog, gehouden. Hier van daan komt het, dat de menschen over 't algemeen zoo bezwaarlyk te verbeteren zyn. Men is te weinig vatbaar voor overtuigende reden, en veel te veel ingenomen met zichzelven, om naar anderen te willen luisteren, wanneer men door dezelve berispt wordt. Hier by komt dat ver de meeste menschen van zichzelven te hooge gedagten, en veel te laage van hunnen evenmensch, koesteren. Hy, die zich waant verheven te zyn boven anderen, meen meer volmaaktheden te bezitten, dan die hy beneden zich schat, en kan hierom niet verdragen, dat iemand zyne bedryven zou laken, of hem misslagen aantygen, boven welke by waant verheven te zyn. Dusdanig eene handelwys houden de meeste menschen, en deze is ook de reden, dat men in de zamenleving zo veele onverbeterde misslagen ziet bedryven, en gestadige klagten hooren moet, dat 'er zo veele verkeerdheden onder de menschen plaats grypen, en aanhoudend blyven voortduuren.
Des menschen Leven is zo veel als eene Rol, welke aan een ieder word uitgedeeld om op het groote Wereldtooneel gespeeld te worden. Gelukkig hy, die zyne Rol wel weet te speelen; want zulk een heeft en de toejuiching van hun die zien speelen, en tevens, dat wel het allervoornaamste nog is, hy beantwoord aan de bestemming van Hem, door wien hy zyne Rol ontvangen heeft. - Dan hoe ongelukkig zyn zy, welke hunne Rollen verkeerd speelen - deze worden aangefluit door de aanschouwers, en het strekt hun tot schande, eene goede Rol op het Tooneel ontvangen te hebben.
Wie zynen evenmensch kwalyk behandelt is een overtreeder van het Gebod: ‘Gy zult uwen naasten lief hebben als u zelven.’ - Maar wie hem kwalyk behandelt, en vervolgt, van wien hy weldaden ontvangen heeft, die zondigt tweemaal; zyne misdaad is onverschoonlyk, en hy is niet waardig een lid eener geregelde Maatschappy te zyn.
Hoe dwaas handelen veele menschen, wanneer zy by alle gelegenheden onder hunne Natuurgenooten willen uitschitteren, en met hunne daden pronken: men moet ongevoelig, en nooit met dwang, iemands goedkeuring over onze daden zien te winnen. - Als men met opzet altyd de menschen tot zyne eigen bedryven wil bepalen, dan is 't omtrent zo veel als of men hen, van zyne beste daden onverschillig makende, een walg doet krygen. - Al wat gedwongen en geforceerd geschied, gaat buiten het natuurlyke, en wat daar buiten gaat, en 'er niet mede overëenkomt, verliest al zyne schoonheid, schoon anders, eenvouwig en zonder toestel bedreven; ieders ver-