door het instorten der groote en hooge Gaanderyen dier Catacomben, die in eene soort van Tufsteen, welke niet zeer steevig is, uitgehouwen zyn, leevend begraaven te worden.
De meeste Reizigers, afgeschrikt door het wezenlyk gevaar, maar nog meer door ongerymde vertellingen, gaan zelden verder, dan tot den ingang van sommige Gaanderyen, alwaar alle de Graven geopend zyn, en men niets belangryks ontmoet. - Na den liefhebber der Catacomben gevonden te hebben, deed ik my door hem derwaards heenbrengen. Meer dan een uur lang wandelde ik door de Gaanderyen heen, en onderzogt de schikking deezer oude Begraafplaatsen, terwyl ik ook sommige Graven opende, die met verscheiden verdiepingen op elkander in de zydelingsche gedeelten der Gaanderyen uitgehouwen zyn. Deeze Graven zyn gesloten, of met stukken Marmer, dikwils van het oude geele of groene, of met harde Steenen, als Serpentynsteen, Porphyr, doch meestal met Baksteenen van een duim dikte.
Na het openen deezer Graven, was onze eerste zorg, naar het hoofd van 't geraamte, en het stuk geld, geschikt om den onderaardschen Schipper te betaalen, te zoeken, en naar den hals en de armen te zien, of men 'er ook halsketens of armringen aan vondt, die men in de Graven der Heidenen zo dikwils aantreft.
De Geraamten zelve waren in een zeer verschillenden staat; sommigen vielen tot stof op de minste aanraaking, en anderen waren zo hard, dat wy ze naauwlyks met onze sabels, (die wy, zo wel om onze nieuwsgierigheid te voldoen, als om ons tegens de struikroovers, die zich hier wel eens in verschuilen, te verdedigen, hadden medegenomen,) aan stukken konden hakken.
Na een herhaald onderzoek, zag ik eindelyk ten klaarsten, dat al de Lyken, waarvan de Graven, door het Ciment, met welk men de Steenen toegemetzeld had, volmaakt gesloten waren gebleven, geheel tot stof, dat vry grof was, gewreven konden worden, en dat men daarentegen in die Graven, die min naauwkeurig gesloten, of waarvan de Steenen losgegaan waren, zo dat 'er buitenlugt by had kunnen komen, Geraamten aantrof, welker beenderen eene groote hardheid behouden hadden. Ik was verwonderd over de kleine hoeveelheid van stof, die uit de vernietiging der zagte deelen van Lyken wordt voortgebragt; zy bedraagt niet de dikte van een halve lyn