Dr. Halley en Sir J. Newton.
Ten opzigte van de zodanigen, die zich Vrydenkers of Ongeloovigen noemen, heeft men dikwyls waargenomen, dat zy tot Vrydenkery of Ongeloof oversloegen, door de zaak slegts van ééne zyde beschouwd, en wat van den anderen kant ingebragt wordt niet opregt en bedaard overwoogen, te hebben. Men vindt onder hun de zodanigen, die ten aanziene van andere Onderwerpen, ook die het diepst denken vereischen, groote vorderingen gemaakt hebben, en daar in uitsteeken. Dit laatste was, onder anderen, het geval van Dr. halley, aan wien Sir isaac newton, by zekere gelegenheid, het volgende toevoegde: Dr. halley, ik verheug my altoos in u te hooren spreeken over de Starrekunde en andere Wiskundige Weetenschappen, dewyl dit een Onderwerp is, waarop gy u bevlytigd hebt; een Onderwerp, 't geen gy door en door verstaat: maar gy moest over den Christlyken Godsdienst niet spreeken; want gy hebt u op de kennis daarvan niet toegelegd: ik heb het gedaan; en ik weet dat gy 'er niets van verstaat!