Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1795
(1795)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 417]
| |
Mengelwerk, tot fraaye letteren, konsten en weetenschappen, betrekkelyk.Opheldering van Spreuken XXX:27:‘De Springhaanen hebben geenen Koning, nogthans gaan zy alle uit, zich verdeelende [in hoopen.]’ (Volgens den Heer thomas hunt, DD. F.R. & A. SS. Hoogleeraar in de Hebreeuwsche en Arabische Taalen.)
Aan de Schryveren der Algemeene Vaderlandsche Letteroefeningen.
myne heeren!
‘Zeer onlangs las ik, in het IIde Deels 2de Stuk der Godgeleerde, Uitlegkundige en Wysgeerige Verhandelingen, door den Hoog Eerw. herm. jo. krom, bl. 93, een Onderzoek naar de betekenis van spreuken XXX:28. volgens onze gewoone Nederduitsche Vertaaling: De Spinnekop grypt met de handen, en is in de Paleizen der Koningen; welk laatste gedeelte hy overzet: en hy is een Koning in zyn Paleis; 't geen wonder wel strookt met het redesbeleid van agur, en eenen veel meer bevattelyken zin geeft, dan onze Overzetting oplevertGa naar voetnoot(*). Ik sloeg, te dier gelegenheid, in de verbeelding dat ik over die Spreuk, in de Observations on several passages in the Book of Proverbs, by thomas hunt, enz. iets geleezen had, dat Werk naa; doch myn geheugen feilde, in zo verre dat het zich een Vers vergiste. Die Hoogleeraar had eene Opheldering over het 27 vs. gegeeven. Ik herlas dezelve, en dagt ze geene plaats in uw Mengelwerk onwaardig. Ik bied Ul., derhalven, deeze Vertaaling aan, waarin ik | |
[pagina 418]
| |
het Arabisch en Hebreeuwsch meest uitgelaaten heb, zo om te bekorten, als om dat, zonder hetzelve, de meening des Hoogleeraars, waar het voor uwe Leezers meest op aankomt, zeer wel te verstaan is. - Ik blyve,’ enz.
* * * * *
In het 27 vs. des XXX Hoofdst. van salomo's Spreukenboek De Springhaanen hebben geenen Koning, nogthans gaan zy alle uit, zich verdeelende by hoopen, ontmoeten wy eene beschryving van een der Vier Dieren, die, schoon van de kleinsten der Aarde, egter gezegd worden, wys en met wysheid wel verzien te zyn (vs. 24), of, gelyk veele der oude Vertaalingen dit, met veel meer nadruks en klems, overzetten, wyzer dan de WyzenGa naar voetnoot(*). Het is de הברא, eene soort van Springhaanen, dikwyls in de Schriftuur vermeld, en, gelyk aben-ezra den naamsöorsprong afleidt, zo genaamd van wegen derzelver Aantal of Menigte. Reizigers hebben waargenomen, dat, in die Gewesten, welke door deeze Dieren overvallen worden, dezelve met zulke verbaazende Zwermen, of liever Wolken, aankomen, dat zy, zo lang ze vliegen, het licht der Zonne verdonkeren; en, als zy op den grond nederstryken, denzelven in zulker voege bedekken, dat, (om het zeggen van moses, deeze Diertjes betreffende, exod. X:5, te bezigen) zy het gezigte des Lands bedekken, alzo dat men de Aarde niet zal kunnen zien. Ja, zo opmerkelyk zyn ze, wegens het verschynen in grooten getale, dat de Schryvers des Ouden Verbonds de Spreekwyzen, als Springhaanen, en zonder getal, als uitdrukkingen van gelyke kragt houden, en ze dikwyls zamenvoegenGa naar voetnoot(†), om eene ontelbaare Menigte, of een zeer groot Leger, aan te duiden. Ook is het eene zeer gebruiklyke Vergelyking onder de Arabieren, nog heden ten dage, als zy spreeken van een zeer ryk Man, te zeggen, dat hy Vee of Rykdom heeft als Springhaanen, dat is, in een zeer grooten overvloed. 't Is zeer waarschyn- | |
[pagina 419]
| |
lyk te deezer oorzaake, als mede uit hoofde van de Vernieling, welke zy aanrigten, dat ze door god genoemd worden, myn groot HeirGa naar voetnoot(*), en door mohammed, in een der gezegden hem doorgaans toegeschreeven, het Heir van den Grooten God. Het Character in agur's Spreuke van de Wysheid, of Natuurlyke Schranderheid, van dit Insect, bestaat daar in, dat zy, schoon zy geenen Koning hebben, (geen Hoofdaanvoerder, om hunne Beweegingen te beveelen of te bestuuren) nogthans voortvaaren in hunne Krygsuittochten (gelyk men wil dat het Werkwoord אצי dikwyls betekent) ולכ עצח: over de meening van welke uitdrukking de Schriftuurverklaarders zeer verschillende begrippen koesteren. Eenigen vatten het woord עצח op in de betekenis van עח een Schigt of Pyl, verstaan het van de Beweeging deezer Diertjes, en zetten het over, zy schieten voort als Pylen. - Anderen geeven de voorkeuze aan de betekenis van חצק, afsnyden of verwoesten. Zo doet buxtorf; en r. levi, in 't breede, als hy schryft: ‘De Springhaanen hebben geen Koning om hun in eene verbintenisse te brengen, en nogthans gaan zy te gader voort, op zulk een bepaalden tyd als zy voegelyk zien, om, tot hun voedzel, de groene vrugten des jaars af te snyden.’ - Aben-ezra geeft, wat hy voor de meening houdt, te kennen, in de twee woorden ףוםאמ en פבקמ, te zamen vergaderd of opeen gehoopt; zo begrypt het ook de Chaldeeuwsche Uitbreider, die heeft, zy zyn alle zamen vergaderd; desgelyks de Syrische Overzetting, welke dezelfde woorden heeft; hiermede stemt de Engelsche Vertaaling op den Rand overeen. Maar op deeze Uitleggingen hebben zommigen, en, zo 't my toeschynt, niet zonder reden, aangemerkt, dat zy het oogmerk der Spreuke niet treffen; als vermeldende alleen die bedryven der Springhaanen, welke zy zo wel met als zonder een Koning, of Hoofdbevelhebber, konden uitvoeren, waar in zich niets merkwaardigs opdoet, of 't geen de opmerking van den wyzen Man verdiende, in hunne verrigtingen. | |
[pagina 420]
| |
Anderen hebben, derhalven, om deeze Tegenwerping te ontgaan, de betekenis van עצח willen afleiden van הצה verdeelen of schikken, en om den zin te voltooijen vullen zy 'er in [in hoopen]. Nog anderen vatten het op van het verdeelen van den Buit. Dus doet de een de Wysheid der Springhaanen bestaan in de geordende verdeeling hunner Magt, om op de vrugten des velds aan te vallen; de ander in hunne gelyke en voorzigtige verdeeling van den Buit, naa dat zy zich daarvan meester gemaakt hebben. Beide welke byzonderheden men houdt voor geene onaangelegene deelen van het Vooruitzigt of het Voorregt des Konings of Opperbevelhebbers, en die meer Beleids en Onderscheidinge vorderen dan gemeenlyk plaats vindt by den gemeenen Soldaat. Van het eerste gevoelen waren onze Engelsche Overzetters, die in den Text hebben, nogthans trekken zy voort by gelederen, volgende daar in de Vulgata. [Dit is ook het begrip geweest onzer Nederduitsche Overzetteren: Nogthans gaan zy alle uit, zich verdeelende [in hoopen]]Ga naar voetnoot(*). - Van het laatste gevoelen is de beroemde bochart, die deeze plaats, nevens anderen, vergelykt met num. XXXI:27, waar de Heere moses beveelt, den Buit in twee deelen te verdeelen. Met hem stemt overeen de zeer geleerde albert schultens, schoon hy voor de Verdeeling, of de Beschikking, van den Buit op eene andere wyze reden geeft: hy neemt het woord עצח in de betekenis van een Pyl, gelyk wy boven aangemerkt hebben dat het ook door anderen genomen wordt, en het van gelyke betekenis maakende met Arabische woorden, die betekenen by het lot verdeelen, en de Arabieren waren by het looten gewoon Pylen te gebruiken; welk gebruik pocock in 't breede beschryftGa naar voetnoot(†). Waarom hy, in stede van elk verdeelende, wil hebben, elk het lot trekkende. 't Geen hy bekragtigt met een Arabisch Werkwoord, 't welk in zekere Conjugatie betekent, by | |
[pagina 421]
| |
't lot verdeelen, als mede met een Naamwoord, 't welk uitdruklyk Lot te verstaan geeftGa naar voetnoot(*). Deeze zyn de voornaamste begrippen over de betekenis van het woord עצח. Ik zal 'er, by wyze van gissing, nog één byvoegen. - Niet verre van het Arabische woord, door den Hoogleeraar schultens aangehaald, ontmoeten wy een Werkwoord, 't geen betekent, aanhitzen, opwekken, raaden, aanmaanen, waarvan het Naamwoord Opwekking, Aanraading of Aanmaaning. Indien wy nu de vryheid mogen neemen om te veronderstellen, dat dat woord עצח, in agur's tyd, dergelyk eene betekenis had, (en waarom zouden wy het niet mogen doen?) dan zal zyne meening weezen: De Springhaan heeft geen Koning; maar gaat ten Kryge, op het Alarm van zyn geheele Leger. Te meer helde ik over om de betekenis van dit Arabisch woord in opmerking te neemen; dewyl hot eenigermaate rede geeft van het Grieksch der LXX, 't welk een dier oude Overzettingen is, welke bochart zegt, dat niet gemaklyk met het Hebreeuwsch is overeen te brengen. Dezelve luidt Αβαισιλευτον εςιν: ἡ ακρις: και εκπρατευει αφ᾽ ἑνος κελευσματος ευτακτως, door den Latynschen Overzetter dus vertolkt: Sine Rege est locusta; & pergit in acie ab una jussione ordinate. De Springhaan heeft geen Koning, en trekt ten stryde voort, geregeld op één bevel. Dr. pocock, die deeze Vertaaling schynt goed te keuren, heeft, zy gaan ten stryde, geleid door één alarm en in goede orde, waar de uitdrukking αφΊ ἑνος κελευσματος, op één Alarm, Bevel, of Order, bykans het zelfde is met op het Alarm van zyn geheel [Leger] gelyk' ik hier boven de Vertaaling gaf. En in deezen zin schynen dezelfde Vertaalers, richt. V: ii, het woord ﬦיצצחוכ genomen te hebben, 't zelve overzettende ανακπ∣μενωον, van ανακρ∣μαι, 't welk, volgens constantin, onder anderen, betekent, aandringen, dwingen, aanzetten. Uit dit oogpunt beschouwd, hebben de woorden ולבץצח een zeer sterken nadruk, en geeven ons een leevendig denkbeeld van eene welgeregelde Krygsbende, zich beweegende, gelyk de Grieken zeggen, πανουδιη; alle in één lichaam, met vereende kragt en moed, en in de stiptste | |
[pagina 422]
| |
orde, elk zyn rang houdende en niemand den ander verdringende, gelyk Propheet joël hun voortgang beschryft: 'er zyn zo veele kundige Officieren als Soldaaten; alle zo bekwaam om het bevel te geeven, als zy gereed zyn om het te ontvangen. Uit hoofde van deeze verbaazende eenstemmigheid, vastheid en geregeldheid, met welke men ziet, dat zy zich zelven bestuuren, 't zy loopende, 't zy vliegende, in zulk eene menigte, zo opeen gedrongen en zamengevoegd als in deeze Spreuke verondersteld wordt, spreeken de Arabieren 'er van met een woord, 't welk zo veel zegt als te zamen zetten, of in orde voegen, gelyk de paarlen in een halssnoer. Om deeze zelfde reden gebruikt de h. hieronimus, die een ooggetuigen geweest was van de beweegingen der Springhaanen, eene dusdanige vergelykende wyze van spreeken; van deeze Diertjes zeggende, ‘dat zy zich zo bestendig op hunne plaats houden, wanneer zy vliegen, als de vierkante steenen in een welgemetzelden vloer, zonder dat een derzelven daar uit gaat:’ volgens pocock's VertaalingGa naar voetnoot(*). Dit zal mogelyk eenig licht kunnen verspreiden over eene andere Grieksche Vertaaling, die van symmachus naamlyk, die het overzet Ως ψηφις πασα. Ut calculus (vel lapillus) universsus; Als een enkele steen. |
|