zy dank! gylieden, myne Burgers! die nog met my het lieve levenslicht aanschouwt, gy zyt nog in alle deeze omstandigheden behouden gebleeven!
Hebben sommigen uwer, in het onherroepelyke Jaar, uit den bitteren rampkelk moeten drinken, zyt getroost, Hy, de Almagtige, die slaat, kan ook heelen: Hy kan u op zoo veele verschillende wyze geneezenden balsem in uwe pynelyke wonden gieten.
Het behaage u eene optelling te maaken van alle uwe tegenspoeden, door u in het verdweenen Jaar gesmaakt, en die af te meeten tegen de onverdiende voordeelen, die gy nog geniet, en gy zult u, ô Burgers! overtuigd vinden, dat 'er nog Milliöenen van Stervelingen oneindig beklaagenswaardiger zyn dan gylieden, en dat gy de ondankbaarste der Stervelingen verdient genoemd te worden, indien gy u durft vermeeten, tegen de wyze, en voor ons onbegrypelyke, schikkingen der Voorzienigheid, te morren. Denkt liever altoos, dat, hoe ook de Waereldgolven uwe brooze kiel teisteren, dat het is, de wyze, en voor ons onbegrypelyke, Wil van Hem, die alles ten beste van Land en Volk schikt, en dat Hy ons, ontwyfelbaar, in een voorspoediger staat zal plaatsen, zoo ras Hy het met zyne wyze oogmerken, en ons geluk, overeenkomstig oordeelt! want Hy, de Heer, de Eeuwige, de Oneindige, de Almagtige, die aan tyd nog plaats verbonden is, handelt altoos ten beste van zyne ondermaansche schepselen; en welke plannen, en ontwerpen, gy dus ook vormt, en smeedt, de Heer bestuurt uwe en onze daaden, uwer en onzer lot: Koning en Slaaf staan onder zyn wys gebied; en neemt Hy hunnen adem weg, zy sterven beiden. Zy keeren weder tot stof, en alle hunne voorneemens, verwagtingen, uitzigten en plannen, verdwynen met hun als rook; ja zy worden vergeeten.
Zoo was het (zoo ik my niet bedriege) met sommigen van u, myne Landgenooten, in het verloopen Jaar gesteld.
Wie weet, hoe veelen reeds in den donkeren grafkelder rusten, die weleer een aantal plannen smeedden, om, in dit begonnen Jaar, ware het mogelyk, ter uitvoer te brengen! deezen, om zich groot en aanzienlyk op deeze waereld te vertoonen, - geenen, om, ten koste zyner Evennaasten, zynen wil en begeerte te voldoen, daar anderen slegts hun werk maaken, om enkel te eeten, te