Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1795
(1795)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– AuteursrechtvrijMagazyn van Geschiedenissen, Romans en Verhaalen. IIIde, IVde en Vde Deel. Met Plaaten. Te Rotterdam, by J. Meyer. In gr. 8vo., samen 1275 bl.Deeze drie Deelen, (van de twee voorgaande is verslag gedaan in onze Letteroefeni gen voor 1792, bl. 440.) behelzen de volgende Geschiedenissen:
De algemeene Aanmerkingen by de aankondiging der twee eerste Deelen van dit Werk, blyven in haare volle kragt; weshalven wy 't niet noodig oordeelen die te herhaalen. Wy zullen daarom van de in deeze drie Deelen voorkomende Stukken alleen eenig verslag geeven. - Het eerste, genaamd Huwlyks-Tafreelen, bevat twee Hoogduitsche Geschiedenissen; Gevallen, die daaglyksch, in 't gemeen leven, maar al te veel voorkomen: zy behelzen alzo niet veel byzonders; echter laat zich dit Stukje met vermaak, althans zonder verveeling, leezen, om dat de Schryver zyn verhaal op eenen geheel vrolyken, zelfs grappigen, trant voordraagt. 't welk zekerlyk veelen Leezeren behaagen zal. - Het Toverslot, of de Geschiedenis van den Graaf Tunger. In den tytel van dit Verhaal had het laatste het eerste moeten zyn, alzo de Geschiedenis van den Graaf verre weg het grootste gedeelte van hetzelve beslaat, en de Historie van het Toverslot in eenige weinige bladzyden begreepen is. De Geschiedenis van den Graaf tunger levert een bericht op | ||||||||
[pagina 355]
| ||||||||
van een zeer braaf, maar zonderling, man, die, schoon hy de beste oogmerken had, zich door zyne eigene grilligheid veele onaangenaamheden berokkende, en van de ondankbaarheid van zyne door hem beweldaadigde medemenschen veele teleurstellingen en verongelykingen moest ondergaan. De Historie van het Toverslot is zeer romanesk, en niet vry van onwaarschynlykheden; de eenige verdienste van dit Stuk bestaat alleen daar in, (zo dit verdienste kan heeten) dat de nieuwsgierigheid van den Leezer yslyk op de pynbank gelegd en gerekt word. - De Indiaansche Hut heeft veel dat naar eene Satyre gelykt, op een, uit Engeland afgevaardigd, Gezelschap, naar 't Oosten, tot het doen van Ontdekkingen, de Geleerdheid en Letterkunde betreffende. By eenen Paria, een man uit de meest veragte Kaste by de Braminen, vind de reizende Wysgeer, in het zoeken naar waarheid en geluk, veel meer, dan hy door alle zyne geleerde Onderzoekingen had kunnen opdoen. Het resultaat van de opmerkingen des Engelschen Philosoophs is: ‘Men moet de waarheid zoeken met een opregt hart; zy is enkel in de Natuur te vinden: en men moet haar niet dan aan regtschaapen lieden mededeelen.’ Of deeze Grondsteslingen altyd, en in allen deele, doorgaan, willen wy onzen Leezer gaarne laaten beslissen. - De Bouwval, of Geschiedenis van de Marquisin van Mazzini, is eene Vertelling, waarin men, volgends het slot derzelve, voorheeft aan te toonen: ‘dat hy, die steeds der Deugd getrouw blyst, te midden der wreedste rampen, niets anders, dan slegts eene beproeving, ondervindt; en dat deeze beproeving, wanneer wy dezelve, eenmaal, op de regte wyze hebben doorgestaan, ons eene allerzekerste aanspraak op de belooningen van onzen Schepper geeven kan.’ Een uitmuntende Stelregel in de daad! maar wy twyfelen zeer, of het wel bereikt kan worden door het Verhaal voorhanden, dat van top tot teen geheel Roman is, en krielt van de onnatuurlykste en tegen alle mogelyke waarschynlykheid aanloopende Gebeurenissen. Jammer is het, dat de Schryver zyn talent om te schryven gebezigd heeft tot het opeenhoopen van tastbaare Verdichtzelen, en niet tot het voordraagen van meer natuurlyke en dus meer regtstreeksch leerzaame Gevallen. - Van beter alloy is daarom Menzikoff, of de Ballingen, eene Russische Geschiedenis uit het begin deezer Eeuwe. Hoewel ook hierin schilderingen, die als bycieraadjen mogen aangemerkt worden, voorkomen, loopt nochthans alles natuurlyk af, en de door tegenspoeden gelouterde, en tot verhevener werkzaamheden opgeleide, personaadjen worden hier spreekende ingevoerd, (want het Verhaal is meest by wyze van Samenspraaken ingericht) en deelen elkander de uitmuntendste lessen mede; weshalven wy erkennen, dat, uit de in deezen bundel vervatte Vertellingen, deeze ons het best van allen voldaan heeft. - Het Koffertje, een Fransch | ||||||||
[pagina 356]
| ||||||||
Verhaal, hebben wy ook elders geleezen, onder den tytel van HortensiaGa naar voetnoot(*). Het behaagt ons mede zeer wel, om dat het volkomen voldoet aan de leering, die by 't slot uit het Verhaal getrokken word; dat, ‘zonder het volledigst en innigst vertrouwen, welke geene agterhoudenheid toelaat, 'er geene onwankelbaare achting, zelfs voor de welvereenigdste harten, te vinden zy.’ - Alexis, of het Huisje in 't Bosch, een Fransche Roman, is slegts voor een gedeelte in het vyfde Deel opgegeeven, waar van het vervolg in het volgende zesde Deel beloofd word, zo dat men van dit Magazyn nog meer te wagten heeft. Wy zeggen dus van dit gedeelte des Romans alleen, dat het begin niet onbehaaglyk is, en dat, zo het overige daarmede overeenstemt, dit Verhaal onder de leerzaame eene plaats verdient. |
|