Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1795
(1795)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– AuteursrechtvrijSpiegel voor 't Menschdom, of Tafereel van byzondere Characters en Lotgevallen, enz. Iste Deels 2de Stuk. Te Amsterdam, by H. Molenyzer, 1794. In gr. 8vo.Wy hebben geene reden om onze gezegden by de aankondiging van 't 1ste Stuk van deezen SpiegelGa naar voetnoot(*) in te trekken. De inhoud van dit 2de is ons niet belangryker voorgekomen; hetzelve bevat de volgende Verhandelingen, (indien wy die zo mogen noemen.) 1) De verdrukte Burger: niet neocles groote Zoon, die en wiens mishandelingen het onderwerp zyn der Inleiding maar jan krol, weleer Schoolmeester, Koster en Voorleezer, te Niervaart (gezegd) de Klundert nu Schoolmeester te Dordrecht. Dees man stelt hier al klaagende, ter zyner verdediging, de verdrukkingen, hem aangedaan, voor: of het Menschdom, in deezen brok van den Spiegel, iets tot zyn vermaak of leering zal te kyken vinden, zullen wy niet beslissen. 2) Bedrog of onmedogenheid voegt vooral den Leeraar niet. Een geval, waarin zeker Predikant V ....., te Amsterdam geïmptobeerd, een zeer slegte rol speelt met een Roesbriefje, in de Goudsche Trekschuit, dat wy niet zien kunnen voor 't Menschdom van eenig gewicht te zyn. 3) Wat waagt een Moeder niet voor de eer van haar Dogter? Eene Spaansche Vertelling, uit het Hoogduitsch, van alloy als de bovenstaanden. Doch wy kunnen ons in de beoordeeling van alle de in dit Stuk voorkomende Verhandelingen, op deezen voet, niet verder inlaaten: zie hier dan slegts de Opschriften; want uit den klauw zal men den Leeuw reeds kennen. 4 Charlotte aan dorimont. 5) Het leven van een Burgerman kan wel waardig zyn geleezen te worden. 6) God regeert. 7) Aan den Leezer, en 8) Briefwisseling tusschen twee verstandige Vrouwen. - Wy hoopen, met den Uitgeever, dat, indien hy meer van deezen Spiegel wil in 't licht brengen, het volgende beter behaagen zal dan dit en het voorgaande. |
|