Justus, Graaf van Ortenburg - een Tafereel van Menschelyk Geluk. - Als een Tegenstuk van Saltzman's Karel van Karelsberg. - Eerste Deel. Uit het Hoogduitsch. Te Utrecht, by J. de Waal Sz., 1794. In 8vo, 296 bl.
De Graaf van Ortenburg is, volgends de hier opgegeevene afschetzing, een man van een alleruitmuntendst Character; genegen om de Ingezetenen van de Plaats, over welke hy 't bewind voerde, dat is, getrouwelyk uit het Hoogduitsch overgezet, zyne Onderdaanen, gelukkig te maaken, had hy het geluk en genoegen, aan dezelven twee waardige voorwerpen, den Heer Lindendaal, als Leeraar, en den Heer Hubsman, (die zich tot het Predikambt bekwaam gemaakt had, doch als zodanig niet te regt konde raaken,) als Schoolmeester, te kunnen bezorgen: beide deeze waardige mannen beyverden zich ook, ieder in hun vak, om aan het oogmerk des Graaven te beantwoorden, en hervormden de Gemeente van Wiesenbach, met de daad. De Graaf van Ortenburg word, in nog meer onderscheiden gevallen, die wy niet allen kunnen opnoemen, getekend als een man, die, zo wel in 't Huishoudelyke als Staatkundige, voorbeeldig goed en braaf was, en handelde. - In zo verre is dit Stuksken, in allen opzichte, leezenswaardig. Doch om welke reden het, op den titel, als een Tegenstuk tegen salzman word opgegeeven, verklaaren wy niet te kunnen bevroeden; het kan veeleer als aan de zyde van Karel van Karelsberg gaande worden aangemerkt; immers ook in dit Stuk ontmoet men, zo wel als by salzman, voorbeelden van verregaande verbastering, verkeerdheid en ondeugden, die 't menschelyk hart tot schande strekken; maar by salzman vind men ook edele Characters, zo wel als hier, die de eerbied, verwondering en navolging, van elk eenen tot zich trekken en verdienen: mooglyk is dit Byvoegzel op den titel alleen dienende om het Werksken zo veel meer aftrek te bezorgen.