Een daar tegen ingediend Adres van een vry groot getal Ingezetenen werd niet alleen, met verontwaardiging, van de hand geweezen; maar een veel opziens baarende Publicatie tegen het aanbieden van Verzoekschriften zag het licht, waar door men voorkwam een nader Adres, naderhand bekend geworden uit zeker Declaratoir, strekkende om de inkomst van Engelsch Krygsvolk, en de Onderwaterzettingen, tegen te werken.
Het is deeze Publicatie van 14 Oct. 1794, welke de Schryver van dit kleine Stukje onder handen neemt: en, naa eene vlugtige aanmerking over de uitdrukking van Wettige Regeering, tot tweemaalen toe in die beknopte Publicatie voorkomende, als niet dan twyfelagtig op de toenmaalige Amsterdamsche Regeering passende, gaat hy voort om het gezag der Regeering, en hoe ver het zich al of niet uitstrekt, te toetzen aan die gronden van het Staatsregt, welke by hun Ed. Gr. Agtb. ten allen tyde worden vastgehouden.
Met klem van redenen verdedigt de Schryver der Burgeren Regt, om Verzoekschriften te mogen inleveren, en daar op gehoord te worden, in tegenstelling van het gedrag der Amsterdamsche Regeering, van welke hy zegt: ‘Zy is koen en wys genoeg van zichzelve, zy wil de smeekingen van haare Burgers niet alleen niet verhooren, maar ze zelfs niet ontvangen. Zy verbied, dat men tot haar zich wende. Of zy geëerd, geloofd, gedankt, en gepreezen, dan verächt, gehaat, ja in 't hart gevloekt worde, is haar Ed. Gr. Agtb., als men uit de Publicatie oordeelen mag, om 't eeven. Waarlyk een vreemd gedrag van een Christen Overheid!’
Inzonderheid dringt hy dit Regt der Burgeren aan tegen de Inlegering van vreemd Krygsvolk en de gedugte alles vernielende Inundatien; en handelt over het Dominium Eminens, zich beroepende op het gezag van de groot, van puffendorff, van vattel, barbeirac en burlemacqui, en doet dit met te meer vrymoedigheids, om dat alle die Schryvers het volkomen eens zyn met het gevoelen, dat de toenmaalige Regenten, en vooral derzelver Hoofd of Hoofden, bezielde, dat by de Regeerders, en niet by het Volk, de Oppermagt buisvestte: op die gronden zelve toont hy de wraakbaarheid van het gehouden gedrag der Regeeringe.
De Schryver haalt zeer gepast, van de Inundatien spreekende, het bekende Voorstel van willem den I