Gedagten over de waardy der kerkvaderen, en hunne schriften.
(Getrokken uit george campbell's, D.D.F.R.S. Four Gospels translated from the Greek. With Preliminary Dissertations and Notes critical and explanatory, deezer dagen in twee Stukken in 4to uitgegeeven.)
Ten aanziene van de waardy der Kerkvaderen en van hunne Schriften, liep men voorheen in het eene, thans in het andere, uiterste. De Kerkvaders zyn in geenen deele geregtigd tot onze Aanbidding; ook verdienen zy onze Veragting niet. Waren eenigen hunner zwak en ligtgeloovig, anderen mogen geleerd en oordeelkundig genoemd worden.
In alles wat van Redenkaveling afhangt, behooren wy hun te behandelen met dezelfde onpartydigheid als hedendaagsche Schryvers; wikkende en weegende wat zy zeggen, niet wie het zegt. In 't geen op Getuigenis berust, zyn ze, in elk geval, waarin men niet kan vermoeden dat eene byzondere drift hun beheerschte, boven hedendaagsche Schriftuurverklaarders of Aantekenaars te stellen.
Ik zeg dit niet, om aan te duiden, dat wy meer op hunne braafheid af kunnen gaan; maar om te kennen te geeven, dat verscheide stukken by hun een voorwerp waren van getuigenis, die, by hedendaagsche Oordeelkundigen, enkel op gissing, of, ten besten genomen, op afgetrokkene en geleerde onderzoekingen rusten.
't Is alleen uit oude Schryvers, dat die oude gebruiken in andere dingen, zo wel als in de taal, door ons kunnen ontdekt worden, welke by hun op eenen voet stonden, met gebeurde zaaken, waarvan zy niet onkundig konden weezen. De Taal steunt, gelyk men dikwyls heeft opgemerkt, op gebruik; en oud gebruik kan, even als in alle andere gevallen van Oudheid, ons alleen door geschreeven getuigenis overgebragt worden. Daarënboven geeft de betekenis der woorden, (als 'er geen Geschilvoering plaats heeft,) geene gelegenheid tot de werking van drift; worden ze verkeerd gebruikt, het stelt de onkunde, of de kwaade trouw, des Schryvers bloot voor zyne Tydgenooten. Ik zeg daarom niet, dat wy in de uitspraak der Kerkvaderen, als Regters, moeten berusten; maar dat wy hun een onpartydig gehoor moeten verleenen, als, in veele ge-