roepende zich, ten dien einde, op zyn yverige zucht voor den bloei en welvaart der Maatschappye, Felix Meritis.
Wy zullen al het gestelde eens aanneemen. Wy zullen eens gelooven (want zeker weeten wy het niet, dat het Plan van Wetten, door de Gecommitteerden der Maatschappy vervaardigd, niet enkel te omslagtig en te uitgebreid schynt te zyn, maar wezenlyk zo is. Ja, wy willen ons eens verzekerd houden, dat 'er verscheiden goede zaaken, een veel geregelder schikking, en eene meerdere beknoptheid, in de Proeve van Wetten, door den Schryver ontworpen, doorstraalt; is het dan nog wel zyne zaak geweest, om die voor 't Algemeen te laaten drukken? - Ontwerpen van Wetten kunnen, over 't geheel, weinig belang baaren, by Leezers die 'er niet in betrokken kunnen worden; en nog minder Proeve van Wetten voor eene Maatschappy, die men niet weet of ze dezelve immer zal omhelzen; die zelfs Ontwerpen, door haare Gecommitteerden vervaardigd, aan haare Leden heeft voorgesteld: en die natuurlykerwyze, in die Gecommitteerden, eenige vooringenomenheid en yver zal aantreffen, tegen alles wat buiten hen, ten deezen opzichte, in 't licht wordt gebragt. Zo deeze Proeve eenig nut zoude doen, zou zy derhalven, alleen in Manuscript, aan de Maatschappye Felix Meritis hebben moeten gezonden worden: deeze alleen kon 'er een nuttig gebruik van maaken; en dan daarna zou eerst in aanmerking kunnen komen, of men het Algemeen deelgenoot van de vastgestelde Wetten dier Maatschappy zoude maaken.
Wy twyfelen intusschen niet, of de Gecommitteerden dier Maatschappy, tot het nazien der Wetten, zullen dezelve leezen, en, zo het niet reeds te laat is, nog onpartydig overweegen. Te meer, daar het ons, uit verscheidene trekken in deeze Proeve, toeschynt, dat de Schryver, schoon geen Lid der Maatschappy zynde, van derzelver inrichting, algemeene en byzondere schikkingen, enz. zoo veel weet, dat hy daarin veele Leden der Maatschappy zelve, denkelyk, zal overtreffen.