de oude Ondervindingen, en laatere Ontdekkingen in deeze Weetenschappen, het best mogelyke gebruik te maaken?’
De Heer j.f. muller, Lid van het Provinciaale Utrechtsche Genootschap van Kunsten en Weetenschappen, en Burger der Stad Amsterdam, heeft, met zyne beantwoording deezer Vraage, de Gouden, en de Eerwaarde w.v.n loo, Predikant in 's Heerarends Kerk in Zuid-Beveland met de zyne de zilveren, Medaille weggedraagen. By deeze twee Verhandelingen hiermede volledig gemeen gemaakt, heeft men ook nog gevoegd twee Uittrekzels uit ingeleverde Verhandelingen, waarvan de eene opgesteld was, door a.b. fardon te Amsterdam, en de andere door d. van tol te Rotterdam. - De gëeerde Opstellers deezer Stukken geeven verscheiden aanmerkingen nopens dit onderwerp aan de hand, die de nadere overweeging van des kundigen verdienen; waarom de Maatschappy het ook raadzaam gevonden heeft, dezelven verder aan te beveelen. Wel byzonder heeft de Maatschappy zo veel genoegen genomen in het door den Heer muller ontworpen Schoolboek, dat het haar aanleiding gegeeven hebbe, om reeds een voorstel deswegens openlyk aan te kondigen, en daar door bekwaame persoonen uit te noodigen:
‘1. Om, naar aanleiding dier Verhandelingen, en wel byzonder naar het geschetste plan van den Heer muller te vervaardigen en uit te werken het eerste Deel van zulk een Schoolboek, bestaande uit elf Hoofdstukken, te vinden bl. 36-50.
2. Tot het vervaardigen en uitwerken van het tweede Deel, bestaande in vyf Hoofdstukken, te vinden bl. 50-55.
Verklaarende de Maatschappy verder, dat het oogmerk is, de overige deelen mede op gelyke wyze aan het Publiek ter bewerkinge voor te stellen.’