Proeve van Poëtische Brieven door Abraham Vereul. Te Gouda, by W. Verblaauw, 1786. in gr. 8vo. 27 bladz.
Karel aan Fredrik (getrokken uit de Ferdinand en Constantia van den Haer Feyth); Jean Callas (Calas is de gewoone spelling van den naam) uit zyne gevangenis aan zyn' Zoon; Margaretha van Henegouwen aan haar' Zoon; Melanie aan Morwal (getrokken uit het bekende treurspel Melanie of de Rampzalige Kloosterdwang) en de Graaf Lamoraal van Egmond aan Willem de Iste, zyn de Brieven in dit bundeltje vervat. De Auteur bericht ons in zyn Voorbericht, dat hy den ouderdom van zestien jaaren bereikt heeft, en verzoekt het algemeen, by de ontdekking van gebreken, op dezelven te zien. Wy zouden hier op kunnen aanmerken dat wy nietgelooven, dat iemand hem tot het gemeenmaaken dezer Proeve genoodzaakt heeft, en dat dus het Publiek alleen met zyn kunstwerk, en niet met zyne jaaren, te stellen heeft; doch wy hebben, dit zyn verzoek in acht neemende, zyne Proeve ver van verwerpelyk gevonden. Op veele plaatzen komen ons schoone gedachten voor, en het geheele stukje kentekent eene levendige Verbeeldingskragt. Deeze behoorlyk beteugeld, en eene grootere kieschheid in acht genomen wordende, hebben wy gegronde hoop, dat, in vervolg van tyd, het dichtvermogen van deezen Jongeling tot eer der Vaderlandsche Letterkunde strekken zal.