dwaasheden, schoon tienmalen overtuigd van de gevaren en nadeelen, die ze altyd zeker ten gevolge hebben moeten
Gelukkig is het land, wiens bestierders begrypen, dat hunne byzondere belangen aan die van de algemeene verbonden zyn, en dat ze altyd zamen moeten gepaard gaan.
Niets kenmerkt het karakter van een eerlyk man meer, dan de stipte onderhouding van zyn woord.
Indien zy, die magt en gezag hebben, heerschzugtig zyn, als zy door deze geweldige dryfveer in alle hunne daden en bedryven geregeerd en bestierd worden, dan is doorgaans die Maatschappy zeer ongelukkig; vooral als zulke heerschzugtigen tot hoofden des volks gesteld zyn.
De Mensch mag op aarde rykdom, eer, aanzien, waardigheden en hoge staten begeren. ----- Hy moge tragten uit te munten in schranderheid, in wetenschappen en verstand; ----- indien hy de gunst des Allerhoogsten derft, al het overige zal hem weinig baten.
Het is zeer opmerkelyk, dat men al dikwyls ziet, als ons het geluk het vriendelykst aanlagt; wanneer alles wat ons bejegent, alles wat ons omringt, op het vriendelykst aanlagt, dat dan het ongeluk, jammer en verdriet niet heel ver van ons af zyn.
Aldus is 's Menschen leven doorgaans, het gaat gelyk een schip door de hobbelende baren, gestadig op en meer - nu eens hoog, en dan weder om laag, schynende in den afgrond te verzinken: nu eens vrolyk, dan weer treurig; nu eens gelukkig, dan weer jammerlyk ongelukkig, en betreurenswaardig; deze geduurige afwisselingen, deze gestadige veranderingen blyven zo lang voortduuren tot eindelyk zich alles zaam vereenigt, en de kiel des levens in den diepen afgrond des doods verzwolgen word. ----- Gelukkig zy, die aan de overzyde van den vloed in behouden haven mogen aanlanden.
De ondeugd maakt van den Mensch den kruipensten slaaf, vastgeketend aan de banden zyner vleeschelyke Lusten en begeerlykheden. ----- Wie een vry Mensch wil zyn, moet over zyne lusten en kwade begeerlykheden kunnen heerschen.
Zou 'er wel een wezen zo snood, of eene zaak zo verkeerd wezen, daar een doorslepen boos vernuft geen verweerschrift voor zou weten op te stellen? ----- Men vind zulke verdorven Menschen, die het kwaad goed, en het goed kwaad durven noemen, en hetzelve met een glimp van waarschynelykheid weten voor te dragen. ----- Zulken mogen kortziende Menschen verleiden; dog zy, die wel weten te oordeelen, zullen zy nochtans niet misleiden kunnen.
Het is allernoodzakelykst, voor dat men zyn oordeel over eenige zaak velt, dezelve op de allernaukeurigste wyze te onderzoeken. Men moet ze, op alle mogelyke manier, onzydig en van alle kanten, beschouwen; laat dan de beoordeeling