Byzonderheden van den Persiaanschen dichter, Anvari.
(Uit herbelot's Bibliotheque Orientale.)
Anvari, een der uitmuntendste Persiaansche Dichteren, zette zyne Letteroefeningen voort in de Stad Thous, in de leerplaats Mansouriach genaamd, waar hy als een arm Student leefde. Gelukkig voor hem toog voorby de plaats zyns verblyfs de stoet van den Sultan sangiar, Oppervorst der selguicides. Anvari bevondt zich aan de poort, en zyn oog viel op een Ridder, heerlyk uitgedoscht, te paard rydende. Hy vroeg wie deeze Man mogt zyn; en vernomen hebbende, dat hy een der Dichteren des Sultans was, dagt hy by zichzelven, de kunst van verzen maaken moet aan 't Hof van dien Vorst wel zeer hoog geagt weezen: dewyl een zyner Dichteren in een zo grootschen toestel te voorschyn komt. ----- Deeze gedagte maakte zulk een diepen indruk op zynen geest, dat hy nog dien zelfden nagt een Dichtstuk vervaardigde, ter eere van sangiar, en 't hem 's anderen daags aanboodt.
De Sultan, zeer wel in staat om over de verdiensten van eenig Dichtwerk te oordeelen, vondt anvari's vers een meesterstuk, en vroeg den Jongeling, of hy zich aan 't Hof wilde verbinden, of een geschenk ontvangen. Anvari antwoordde hem terstond in verzen, dat hy geene andere eerzugt hadt dan verbonden te zyn in den dienst van een zo groot Vorst. De Sultan hieldt hem zints dien tyd by zich, en Het hem voorts aan 't Hof zyne Letteroefeningen voltrekken.
Anvari wordt gehouden voor den eersten die de Persiaansche Dichtkunst gezuiverd heeft; niets, 't geen naar dartelheid of onkuischheid smaakte, in zyne werken laatende invloeijen. Raschidi, een ander beroemd Dichter, heeft hem, uit deezen hoofde, zeer hoog gepreezen, schoon hy hem in andere gevallen zeer tegen was. Deeze Dichters vonden zich op zekeren tyd aan twee verschillende Partyen in den Staat verknogt. Anvari was in de Legerplaats van den Sultan sangiar, wanneer deeze eene sterkte bezette, waar in raschidi, met den Sultan van Khuarezemiens, zich onthieldt. De twee Dichters oorloogden op hunne wyze, elkander verzen toeschietende aan 't einde der pylen vastgemaakt, terwyl de eene Sultan zyn beleg voortzette, en de ander de aanvallen afkeerde.