Lodewyk en Emilia, of de Standvastige Egtgenooten. Gevolgd naar 't Fransch van den Heer De Voltaire. In 's Gravenhage, by J. Mensert, 1783. In octavo, 184 bladz.
Deeze Roman herinnert ons eenigermaate het beloop veeler vroegere Romans. 'Er is een tyd geweest, dat bykans alle Romans bestonden uit een gelyksoortig verhaal van verschillende lotgevallen van twee Gelieven, die, op deeze of geene manier, onder de Turksche Natie in eene afzonderlyke slaaverny geraaken; na 't doorstaan veeler wederwaardigheden elkanderen ontmoeten, weder na het Vaderland keeren, en aldaar hunne dagen gelukkig eindigen; hebbende niet zelden één of meer uit de Ongeloovigen hen vergezeld, en het Christelyke Geloof aangenomen. Even dit is het beloop der geschiedenissen van Lodewyk en Emilia; maar de wyze, op welke de lotgevallen deezer Gelieven ontvouwd worden, is met meer oordeel en smaak geschikt, dan men gewoonlyk in dat opgemelde slag van Romans ontdekt. Het verwonderlyke is 'er juist niet in gezogt; integendeel is de Natuur bestendig in 't oog gehouden; de gevallen zyn geregeld aaneengeschakeld; het tedere en aandoenlyke neemt den Leezer steeds in, en de kiesche standvastige Min zegepraalt over alles, wat dienen kon, om haar te verleiden of te verstrikken.