Legaat van Gillis Blasius Stern, (Niet vertaald.) 1784. Behalven het Voorbericht en den Inhoud, 195 bladz. in octavo.
Men ziet, zegt het bekende spreekwoord, zelden Jongen, die het de Ouden verbeteren, en 't wordt in deezen Gillis Blasius Stern, een Agterneef van het beroemde Vernuft Yorick Stern op nieuw bewaarheid. Hy is wel niet van vernuft ontbloot, maar schiet by zynen Oud-Oom verre te kort. 't Kan zomtyds dienst doen, dat men zyne afkomst meldt, doch een Schryver stelt zig daardoor ligtlyk bloot voor eene vergelyking, die hem ongunstig is. Dan wy willen dit voorts daar laaten, en, zonder vergelyking, eenig berigt geeven van zyn Legaat, het welk hy aan alle Jongelingen onder de vyf- en twintig jaaren gelegateerd heeft; bestaande in eenige papieren door hem geschreeven, die de Executeur gelast is in orde te brengen, en gemeen te maaken, met dit heilzaam oogmerk, ‘dat de Jongelingen die klippen leeren vermyden, waarop hy zo dikwils gestrand is, en een beter boedel nalaaten, dan de zyne, by zyn overlyden, bevonden zou worden.’ - De dus, volgens last van den overleeden, afgeleverde Papieren behelzen een agtervolgend verhaal van 's Mans leevensloop, die uit eene reeks van toevallige ontmoetingen bestaat; welken hem in verschillende omstandigheden inwikkelen, en die hem aanleiding geeven tot het voordraagen van veelsoortige aanmerkingen. Ze zyn gemeenlyk van een hekelenden aart, belachende en beschimpende veelerleie gebreken in de Burgerlyke Maatschappy, wel byzonder in de Regtsoesening en het Staatsbestuur. Zommigen van dezelven zyn geestig uitgevoerd, maar meerendeels zyn ze te sterk overdreeven; vooral met opzigt tot het geen de Regtsoesening betreft; en uit die geenen welken bepaaldlyk het Staatsbestuur aangaan, is 't ons voorgekomen, dat dit inzonderheid in 't geheel 's Mans zaak niet is. - Wy zouden des den Executeur, indien hy, gelyk hy schynt aan te duiden, voorneemens is, om nog meer van die gelegateerde Papieren af te geeven, raaden, dat hy dezelven wat meer schist,
zommigen agterlaat, en alleen die gemeen maakt, welken het vernust van Blasius tot eer kunnen strekken; en aan 't bovengemelde hoofdoogmerk van den Testateur beantwoorden. 's Is waar, het Legaat wordt dan niet getrouw afgeleverd; maar wy maaken ons sterk dat geen der Legatarissen den Executeur daarover moeite zal aandoen; en daar, 't gelyk de Testateur zegt, zyn voornaamste hoofdgebrek was, eerst te doen en dan te denken, is 'er te meer vryheid om te verbeteren 't geen hy onbedacht gedaan mogt hebben, door zyn Legaat zo uitgebreid te maaken.