Utrechts zang-prieeltjen(1649)–Anoniem Utrechts zang-prieeltjen– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 314] [p. 314] Op een Lonckje E Y Rosemondt spaer, spaer u loddere loncken, En spilt soo milt en ruymt niet uwe voncken, Want die maer schaers sijn ooch op u laet vallen, Ontselft sijn selfs, en woet u slaef met allen, En moet sijn wil, onwilligh daer nae buyghen, Om u sijn dienst, dienstplichtich te betuyghen. 2 Hoe meer hy te ontworstelen tracht sijn handen Hoe meerder dat u vlammen hem verbranden, Wat uytkomst isser dan voor mijn te hopen, Die met voordracht, mijn ooch laet spelen loopen, Op u ghesicht en suyp mijn selve droncken, In't stralent vyer van u geschoote loncken. Vorige Volgende