gen, niet veel ouder dan hij. De jongen was nu voorbij de grasrand en deed het zand opstuiven. Hij was geheel naakt. Hij had een hoge schoen in één hand waarmee hij nu en dan probeerde zijn geslacht te bedekken.
Maar hij slaagde er nauwelijks in iets te bedekken terwijl hij met wild maaiende armen aan kwam rennen. En de jongen zag de naakte figuur, kleiner dan hij, maar sterker en veel bruiner, sjokkend tot stilstand komen. Hij zag de open, hijgende mond en de ogen, even behoedzaam als de zijne, maar ouder en nijdiger dan de zijne ooit hadden kunnen zijn. De bruine naaktheid die bij zijn middel ophield en daar overging in grijzig witte naaktheid. De schoen die nu stil voor de dot haar bleef hangen.
‘Dat is mijn ezel. Laat hem los.’
Hij deed het onmiddellijk. Niet omdat hij bang was, al was hij dat, maar omdat hij alles zou doen wat die ogen hem vroegen. Hij keek naar de schoen, die de krullen nijdig haar en dat geslacht niet geheel kon verhullen. Hij keek naar zijn zuster. Zij keek blozend een andere kant op, tot een boog verstard in haar blauwe badpak.
‘De volgende keer krijg je van dittem.’
Er zweefde een kleine benige vuist voor zijn gezicht. Erachter de ogen, even jong als de zijne, maar met een netwerk van stokoude rimpeltjes om de ooghoeken.
‘Oké,’ zei hij. Hij probeerde niet verslagen te klinken. En de zigeunerjongen draaide zich om en trok de ezel bij het dunne haar op zijn nek achter zich aan.
‘Nee maar,’ zei zijn zuster.
En nu bloosde hij. De zigeuner liep door de duinen, hij trok de ezel bij het dunne haar op zijn nek met zich mee. Zijn billen zwaaiden onder het lopen, twee witte plekken tegen het bruin van zijn magere lijf.
Hij voelde zich de schuld van die naaktheid. Hij voelde dat hij zijn zuster kon haten omdat ze hem de schuld gaf.
‘Nee maar,’ zei ze. ‘Je hebt toch mensen -’
Hij voelde dat de woorden onecht waren, van grote mensen geleerd. Haar lichaam boog zich nu voorover naar haar opgetrokken knieën, haar armen lagen over haar knieën en haar kin rustte op haar armen. Haar oogleden waren geloken, niet helemaal dicht, maar ze sloten hem buiten. Hij wilde sorry zeggen, maar haar ogen lagen tussen hem en zijn woorden in. En toen haatte hij haar. Hij haatte haar op een